omlijsting van het Hooglied, een van de meest verheven minnezangen uit de wereldliteratuur, beperkte ze die ruimte echter weer tot een bepaald vlak en wie zou op dit vlak iets aan de geïnspireerde uitbeelding kunnen toevoegen?
Er blijft dan voor de romanschrijver nog de mogelijkheid door historische studie zichzelf en de lezer dichter bij het Bijbelverhaal te brengen. In deze richting heeft Cora Terpstra het gezocht: op de laatste bladzijde geeft zij een lijst van de geraadpleegde literatuur en de resultaten van die studie zijn in haar roman verwerkt. Voor lezers, die niet in de gelegenheid zijn zelf studie te maken van het historische milieu van het Bijbelverhaal, kan haar roman daarom waardevol wezen.
Toch mag het schrijven van een historische roman niet alleen worden voorbereid door het raadplegen van een aantal historische werken. Bestudering van de taal, waarin men wil schrijven, blijft eerste vereiste. Een zin als: ‘Enkele wederzijdse hoffunctionarissen, waaronder ook Huredja, waren het vergund de vorsten te blijven volgen’, geeft al te duidelijk blijk, dat het raadplegen van een Nederlandse grammatica is overgeslagen.
Nog een paar andere voorbeelden.
‘Het is verschrikt door de macht die ze heeft in onvolwassen handen.’ Hier moet zowel met ‘het’ als met ‘ze’ bedoeld zijn: ‘het volk’.
‘Als de Vorstin van Sjeba de genegenheid van Israëls Koning in de schoot geworpen krijgt is het een staatsbelang die geen verwaarlozing gedoogt. Moge het geluk met u zijn en Sjeba's welvaart door u vergroot worden. Bilqis zag haar hofmaarschalk koel aan, want ze verdroeg zijn woorden niet, hoewel zij ze erkende’.
Met ‘een staatsbelang die’ moet bedoeld zijn: ‘een staatsbelang dat’. Na ‘vergroot worden’ houdt de directe rede op, wat de lezer zelf moet uitvinden. Met ‘zijn woorden erkennen’ zal waarschijnlijk bedoeld zijn: ‘de waarheid van zijn woorden erkennen’.
Een schrijver mag het een en ander aan de verbeelding van zijn lezers overlaten. De taal dient hij evenwel dusdanig te beheersen, dat de lezer niet naar de bedoeling van zijn woorden en zinnen hoeft te raden.
J.M.Vr.