Kritieken
‘De psychologie van de menselijke zwakheid’ (George Hagmaier c.s.p. en Robert W. Gleason s.j.) is uitgegeven door Lannoo, Tielt/Den Haag, als nr. 1 van de reeks Randgebieden. Dit boek is geschreven vanuit een oogpunt van katholieke zielszorg, en juist op dit terrein, nl. waar het gaat over de menselijke psyche voor zover die de laatste halve eeuw ontdekt is en wordt geëxploreerd, ervaart men dat van assimilatie, in die zin dat de psychologie, de zielkunde, wezenlijk is voor de zielszorg, nog geen sprake is. Er zijn veel theologen die het, uit hoofde van het geheel eigen karakter van de zielszorg, die ze slechts als verkondiging van heilsleer zien, ook niet nodig vinden om zich door psychologische overwegingen te laten opschrikken. Het geeft maar complicaties. Zo niet dit boek, dat ook protestantse herders zouden moeten lezen, zij het dat deze laatsten minder schone kansen hebben, omdat ze moeten counselen zonder biecht. Misschien is het ook daardoor dat ze minder goed hebben leren luisteren. Hun ervaringen zijn minder ‘luisterrijk’.
Margrit en Fritz Hug hebben het verhaal van de schepping en de zondeval, zoals het in de eerste hoofdstukken van de Bijbel te lezen staat, nog eens verteld en met tekeningen geillustreerd. De Nederlandse bewerking is van Ds. H.J. Kater en het boek is mooi en in een groot formaat uitgegeven door Hollandia in Baarn. Ter geruststelling van rechtzinnige kinderen kan worden opgemerkt dat de vertelling geen sporen van vrijzinnigheid vertoont. Hopelijk ontdekken rechtzinnige ouders hoe goed en gaaf de geschiedenissen zijn verteld, zodat ze meer van Ds. Kater willen lezen.
‘Kleintje artis’ is een van-Veldhuizenomnibus, waar drie beesteboeken in gebundeld zijn: ‘De zebra in de serre’, ‘De uil op de toren’ en ‘De wilde eenden’. (Uitg. Bosch en Keuning). U vindt hem mogelijk ook wel goed, van Veldhuizen, maar als het puntje bij 't paaltje komt is het voor mij ook niet belangrijk, hoe u hem vindt. Ongeacht de officiële kritiek of ook het zwijgen van de officiële kritiek belief ik hem zeer goed te vinden, menselijk, geestig en christelijk. Nu ik het neer schrijf realiseer ik me opeens, dat zelfs het woord ‘christelijk’ belast is, een bijklank kan hebben. Maar ik bedoel het hier gewoon, zonder iets er bij, net als vroeger.
Stille revolutie is van Hans Wirtz en verscheen bij Lannoo, Tielt/Den Haag (1962).
De schrijver doelt met zijn titel op de omwenteling, die zich binnen de katholieke kerk bezig is te voltrekken, niet slechts binnen de kerk als instituut, maar evenzeer binnen de gedachtenwereld van hen die tot die kerk behoren, m.n. het geleidelijk veld winnen van geheel andere inzichten.
Wirtz is een leek, maar hij schrijft als was hij een priester in de eigenlijke zin van het woord, een zielszorger dus, zich verantwoordelijk wetend voor de medemens. Toch kan hij zich meer veroorloven dan de geestelijke die in een hierarchie is opgenomen. Hij maakt echter behoedzaam gebruik van zijn vrijheid en betoont zich noch een anarchist, noch een beeldenstormer. Zijn boek, in briefvorm, iedere brief onder een motto, lijkt op een bundel meditaties over actuele onderwerpen. Hij is bereid gevestigde meningen discutabel te stellen maar hij doet dit met innemende omzichtigheid. Zijn taalge-