Ontmoeting. Jaargang 14(1960-1961)– [tijdschrift] Ontmoeting– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 308] [p. 308] Tom Naastepad Plaatsbepalend Eenzaam ben ik gemaakt, een klokketouw dwaas en onnodig onder de galmgaten, eenmaal bedoeld om niet te doen vergeten van dagen vreugdelievender de rouw, van meer bedroefde hun mondvol geluk; klokhuis in mij, vruchtbegin van getijden, moest gij niet het hemellichaam inluiden, dat woord van jaar op jaar, van week tot week? Verzonken kathedraal, de watervloed draagt kieuwen menigvuldig in zijn stromen; wacht als een vrouw, wacht tot de dag zal komen, die hand der woede die het water scheidt; gij vindt mij klaar, ik zal de stoot geleiden, omlaag, omhoog, de klokken zullen luiden. Vorige Volgende