Ontmoeting. Jaargang 8(1954-1955)– [tijdschrift] Ontmoeting– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 374] [p. 374] A. Sterveen Sinds kort zingt de vogel niet meer voor mij. Ik kwam buiten zijn lied te staan. Al bonst het, dat zijn keel dreigt te breken, - ik krijg er geen deel meer aan. Zeker, ik hoor het nog! Het kan nog ongehinderd bij me komen (wat kan een lied op de helling gebracht van snavel naar oor anders dan stromen?) maar in mijn gehoorgangen blijft het ergens, hoe dan ook, steken. Mijn hart slaat er geen ogenblik sneller door. Vorige Volgende