Ontmoeting. Jaargang 8(1954-1955)– [tijdschrift] Ontmoeting– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 373] [p. 373] A. Sterveen Fragment Wakker geschud voel ik de koude dag. Ik zie de lange bladeren zacht maar met uiterste inspanning trillen, of ze iets willen dat niet door kan gaan. Vóór mij 't meedogenloos geblink van water, dat in 't karrespoor bleef staan. En langzaam aan, onder het overwicht van de kastanjes, raak ik vreemd beklemd. Rillend van onvoldaanheid ga ik heen, schoorvoetend, de teleurstelling op mijn gezicht. Meer dan ooit aan het Leven vreemd. Vorige Volgende