Ontmoeting. Jaargang 5(1950-1951)– [tijdschrift] Ontmoeting– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 81] [p. 81] Huib A.P. Eijkelenboom Naderende kerstmis Het leven: woud, welks edelwild wij stropen, begerig, en verbeten als het wijkt, ligt als een veld vol teed're bloemen open. Wij zien elkaar, verwezen en beslijkt. Dit plotselinge. Sidderend ontknopen van 't oude kleed. Nog niet gelovend strijkt de hand langs ogen die hun aarzlend hopen vervuld zien, en zelfs onverhoopt verrijkt. Het kon niet anders dan het werd. Het wrede woekrend gewas, dat ons het pad verspert, is weggekapt. En onze moegestreden ziel wéét het licht: de hemel, vreemd besterd. Eén ster die voor de wijzen wijsheid werd en voor het simple volk in 't veld de vrede. Vorige Volgende