Ontmoeting. Jaargang 2(1947-1948)– [tijdschrift] Ontmoeting– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 529] [p. 529] [Ontmoeting 1948, nummer 12] Hans Turken Het einde Als het afscheid weerklinkt uit de vogelkelen vallen regen en wind nog elkaar in de rede. Altijd wanhopend aan uiteindlijke vrede scheept de nazomer stuurloos het oud heimwee in. Als de blaadren der wingerd, de rode en gele, de hand aan zichzelf slaan en uitgestreden zich neerleggen bij hun voltooid verleden aanvaarden wij de onrust van ieder begin. Gereed voor de reis maar nog zwaar van de vruchten die de lente des Heere' in ons bloed heeft gezet, ontvangen wij duizelend de uiterste wijding. En - omstuimig de nacht en de najaarsluchten - vergaan wij voor onszelf maar worden gered uit de stortzee des tijds, zonder naam, zonder tijding. Vorige Volgende