Ontmoeting. Jaargang 2(1947-1948)– [tijdschrift] Ontmoeting– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 292] [p. 292] W.S. Noordhout Wilhelmus Vreemde ontroering om het oude lied, hoe het een volk met vaste stemmen zingt, hoe diep het in het eigen hart zich dringt. Door tranen heen wordt 't oog weer helder, ziet de sterren van Gods wege bij ons staan de zware wegen door Zijn hand bepaald en naar Zijn einder open. Dieper haalt het hart dan adem en de handen gaan de dagelijkse arbeid nieuw beginnen, niet hopend en niet dromend maar bewust van deze opdracht: in gerechtigheid. Men moet Hem altijd loven en beminnen Hem, die ons vasthoudt, die ons in Zijn rust als 't hier gedaan is, veilig binnenleidt. Vorige Volgende