Wat gebeuren moest, gebeurde... Met vreeselijken zwaai doorkliefde 's majoren heldenzweerd de lucht en ‘ging geven’ - naar verluid der waarachtige chronijcke - op den hoed van den manifestant. Die heldendaad ging gepaard met heldenkreten, van aard om Cambronne te beschamen en alle weergave te tarten...
En wie zou het gelooven!? Het is dit blijspelend drama; het is die komisch-heroïsche daad van een verpierewaaiden pluimdrager, die 't vlaamsche bewustzijn ging wakker schudden! Met den flaminganten-strooihoed, was de vlaamsche onverschilligheid kapot geslagen: heel Antwerpen stond op en heel Vlaanderen ging aan 't roeren...
Het brutale van den sabelhouw naar het hoofd van iemand die recht en eerbied vraagt voor de taal van het volk, deed vele oogen open gaan. 't Was het tastbaar feit, 't was de dáád die, meer dan alle bespiegelingen, welsprekend het gemoed der massa raakt.
Al wat er sluimert, in het stoere volksgemoed, aan ongeopenbaarde liefde voor vlaamsche eigenheid en aan latenten haat tegen de soldaterij, kwam onbewust tot uiting; met het zelden falende instinct van den natuurmensch voelde de volkmenigte hoe ze hier stond tegenover den grootsten heurer vijanden: den gewapenden parvenu, zoó vol misprijzen voor de volkstaal als voor het volkzelf, met al zijn behoeften en al zijn verzuchtingen.
Kruit hangt er in de lucht en electriciteit! Partijtwisten zwichten voor de gemeenschappelijke belangen van een volk dat zijn eénheid, dat zich-zelf weer bemachtigen wil. Het vlaamsch geweten is wakker. De strijd dient uitgestreden en, van lieverlede, zal de strijd, al strijdend, zich verwijden en verdiepen, als állen maar hun plicht begrijpen en post vatten waar het hoort. Laat vooral de