Ontwaking. Nieuwe reeks. Jaargang 9

(1909)– [tijdschrift] Ontwaking– rechtenstatus



[pagina 240]
De Handen Niets is zoo roerend als het wuivend wenken van uwe pure witte feeënhanden; 't zijn als twee blanke duiven die zacht zwenken en strijken neer op groene grasperkranden. Hun kalm gebaar tempert in mij het branden der passie, die zoo vaak U dreigt te krenken, wanneer zij haar ondrenkbren dorst wil drenken en U omsluit met niet-ontsluitbre banden. Ik volg die witte duiven, die mij leiden door stille wouden en door bloemge weiden vol zonnelicht en zoete luchtaromen. Zij zijn de gidsen van mijn innigst leven, doen mijne ziel uw goddlijk beeld nazweven, en zich vermeien in hemelsche droomen... Leo van Riel.