Ontwaking. Nieuwe reeks. Jaargang 7

Maandschrift voor sociologie, kunst en wetenschap

[p. 472]

De Goede Predikant

Bij eene voordracht gehouden door Ds. N.J.C. SCHERMERHORN over Ibsen's Brand, te Antwerpen.

Aandachtig luistert nu naar 't hooggedragen woord
De stille, kleine schaar, onafgewend het oog
Op d'eedlen redenaar, een flink en krachtig man,
Wiens aangezicht, doorstraald van levensheerlijkheid,
Onwederstaanbaar boeit, gelijk een wondre macht.
Van d'open, vrije blik, den geestdrift in den lach,
Den hartstocht in de stem gaat een bekoring uit,
Waardoor elkeen, geroerd bij sprekers prediging,
Verwonderd is te zien in dezen predikant
Een heerlijk levensbeeld van 't blijde, wordend licht!
Hij toch kent heilloos werk noch leering die 't gedacht
Verduiken kan door glans van louter woordenpraal:
Met liefde-scheppingsdrang verkondt hij 't leven gansch,
Begravend d'ouden god in diepgedolven graf.
Vóoral treft ons in hem de inn'ge harmonie,
Die hecht zijn schoon bestaan aan 't heerlijk kunstgewrocht
Waarvan hij sprekend is met diep godvruchtig woord.
Verwondert ons dan nog, dat hij ons Ibsens ‘Brand’
Met zooveel gloed vertolkt, dat hij ons 't machtig beeld
Van d'eenzaam-sterken held in 't diepste der ziele prent?
O dàt kan enkel hij, de goede predikant,
Wiens priesterwoord weerklinkt in tempels zonder eind,
Die in den god van Brand ook zijnen god verheft,
En in zijn eigen hert draagt gansch het hemelrijk!

Siska van Daelen.