niets doen, niets, altijd niets dan zich den geest kwellen en wachten,... wachten op den aangekondigden dood - die uitblijft.
De eenzame opsluiting ís de doodstraf, maar de doodstraf in heur geraffineerden vorm, de doodstraf met de huichelarij eener valsche beschaving. - Uit vertrouwbare bron kwam het dan ook tot ons, dat Joris, bij herhaling, heeft gevraagd de halsrechting uit te voeren, liever dan die trage doodmarteling voort te zetten!
Ja, dáártoe komt men in zoo'n turksche cel: trachten, wanhopig trachten naar het einde, naar de verlossing, al ware 't door den dood!!! Want is het geen dagelijks sterven, opgesloten zitten zonder eenige afleiding, verstoken van licht, en lucht, in een vieze cel waar wandluizen rondwandelen en de dood u begluurt, met twee wachters in het hok, die geen oogenblik u uit 't oog verliezen, en twee wachters buiten, die hun gezellen van binnen bewaken!? Daarbij: geen voldoende voedsel; geen gelegenheid om zich behoorlijk te reinigen; niet eens zuiver drinkwater, want dat moet men nog koopen!
De belgische regeering is op de hoogte van dien jammerlijken toestand, mòet ervan op de hoogte zijn. De gezant te Constantinopel wierd verwittigd, dat onze landgenoot stilaan wordt vermoord door uithongering, door gebrek aan licht en lucht. - Wat denkt de regeering nu te doen? Notas wisselen en blijven wisselen en daarmee: ‘basta’?... En als de regeeringen dien rechterlijken, dien wettelijken moord goedsjeudig laten volvoeren in de stilte en de duisternis der gruwelholen van Stamboul, - zouden er dan geen menschen gevonden worden, hier en elders, wier rechtsgevoel levendig genoeg is om