heeft behouden, herinnerde mij, door zijn doenwijzen, zekere redenaars van openbare vergaderingen. Ik ging, om zijn gunst te winnen, hem nieuws brengen over de revolutionaire beweging, toen een ontzagelijke, zwartharige kat, al grommelend, een verkenning rond me kwam doen. Zonder twijfel, wantrouwig geworden door de wederwaardigheden, nam ze mij voor een verdachte.
- Komhier, Fathma! - Neem geen aandacht, zij is bijna blind.
De meeste lieden verzamelen graag vijf-frankstukken; Louise Michel, die geen familie heeft om heur lievende gevoelens op uit te storten, verkiest zich te omringen van beesten, die niet beestiger zijn dan zekere individuën, en die, onder opzicht der sociabiliteit, veel meer weerd zijn. Alleen, terwijl anderen prachtige angorakatten, sierlijke hazewindhonden of zakdieren zoeken, gekamd en gekruld als kleine maitressen, - neemt de bloeddorstige anarchiste de armzalige, schurftige of verlaten viervoeters in. ‘Petroleuse’, toch!’
Nu is ze dood, de ‘Roode Maagd’, en de bewondering van allen die, evenals zij, de vrijheid en de menschheid lieven, heeft heur begeleid tot in het graf - bewondering voor heur hoogen zielenadel, maar bewondering ook voor den taaien, onverdroten strijd voor 't recht, dat eenmaal zegepralen moet.
't Is niet de zeer - groote dichteres die men zal zoeken in Louise Michel en nog min de diepe denkster, die nieuwe gezichtpunten opende op het uitgebreide veld van de sociologie - al schreef ze vele verzen en maatschappelijke studiën. Geen geniale kunstenares, geen hooggeleerde denkster, - en toch is heur rol van gewicht