of die slechts van het plegen dezer misdaden onderricht werden, zijn gehouden er de overheden van in te lichten, op straf van vier tot acht maanden gevang, al naar de belangrijkheid van het geval.’
Krachtens paragraaf 181, worden van hunne burgerlijke rechten beroofd en naar Siberië verbannen, zij die de hooger aangeduide misdrijven niet met het woord, maar met de pen hebben bedreven. Hetzelfde lot wacht hen die druksels of manuscripten van den zelfden inhoud hebben verspreid, of die getracht hebben een orthodoxen kristen tot het joodsche of hetzij welk ander geloof te bekeeren.
Paragraaf 188 is daarentegen, in vergelijking met de vorige bepalingen, buitengewoon zacht. Oordeel liever ‘Eenieder die de orthodoxe kerk verlaat om zich aan te sluiten bij eene kristelijke religie van eene andere benaming, zal overgeleverd worden aan de kerkelijke overheden om berispt en aangespoord te worden; de voogdij over zijne minderjarige kinderen zal hem onttrokken worden en toevertrouwd aan den staat, terwijl zijne goederen zullen beheerd worden door eenen curator, tot volkomen afzwering zijner dolingen.’
Aanslagen tegen den persoon van den Czaar worden met den dood gestraft. Die slechts een dergelijk inzicht heeft, maar het niet ten uitvoer brengt, wordt eveneens van het leven beroofd.
Worden bij de rij dezer misdadigers ingelijfd, zij die aan dergelijke aanslagen hebben medegeholpen, of die er van onderricht waren, of die personen met zulk inzicht of misdrijf beladen, zouden hebben te schuil aangeboden, enz.