identiteit die Verbeke hem zelf laat geven: ‘Ik ben de mensen die op je maag zijn blijven liggen omdat je ze te gulzig hebt verzwolgen. [...] Ik ben de passies die je zegt te willen ontlopen maar je nooit hebt gehad. Je grootste gemis. De liefde waar je te laf voor bent.’ Verbeke probeert de scène wel wat van zijn sérieux te ontdoen door de reus zijn verklaring van een blocnoteblaadje te laten aflezen, maar ze had dit soort tweederangspsychologie beter achterwege kunnen laten. Geert Vanpachtebeke is overigens lang niet de enige freak die in Reus voorkomt. In haar beroepsleven maakt Hannah reportages over freaks voor het weekblad !!!. ‘Hannahs Freaks’, zoals haar rubriek heet, kent een groot succes en wordt uiteindelijk zelfs een tv-format. Maar een stoet van bizarre schepsels opvoeren in je boek volstaat niet om je roman ook op literair vlak verrassend te maken. Zeker niet als Hannah in een van de vijf e-mails die de verhaaltekst onderbreken, concludeert: ‘Ik ben de freak!’ Alweer een staaltje goedkope psychologie.
Net als in Slaap! stelt Annelies Verbeke in haar tweede boek de stijl ten dienste van de plot. Haar taalgebruik is economisch, concies en efficiënt. Ze zoekt de oneliner, maar soms te geforceerd: ‘De hitte deed de woestijn bewegen als een zijden doek in een zachte bries op een breedbeeldtelevisie waar iets mis mee is.’ Verbeke weet beslist hoe ze een plot strak en spannend moet houden, zelfs als het verhaal zo onwaarschijnlijk is als in Reus. Maar het wordt nooit duidelijk waarom ze het verhaal wil vertellen dat ze vertelt. Reus mist, net als Slaap!, urgentie.
Wie meer verwacht van literatuur, kan beter
Eeuwige roem lezen, het derde boek van Saskia de Coster. Toch is
Eeuwige roem niet helemaal onvergelijkbaar met
Reus. Ook hier spelen twee meisjes de hoofdrol. Geen zussen dit keer, maar meisjes die elkaar niet kennen, die elkaar toevallig tegen het lijf lopen, en wier levens vanaf dat moment op een of andere manier met elkaar verstrengeld blijven. Babs en Julie heten ze. Babs is de intelligente dochter
Saskia de Coster (links, o1976) en Annelies Verbeke (o1976) - Foto Bart de Waele.
van het droomkoppel Katrien Ongena en Pieter Smit, een succesvolle advocate en een vooraanstaand wetenschapper. Babs is heel intelligent: al van voor haar geboorte leest ze vanuit de buik haar moeders lectuur mee. Haar hele leven schrijft ze stukjes en beetjes in haar ‘Boek vol Wijsheid’. Julies afkomst is onduidelijk, maar in ieder geval beschouwt zij Olivia Vansteen als haar moeder. Julies talent is zingen. Ze heeft lange tijd een relatie met haar producer Michael, die samen met haar de ‘Beste Plaat aller Tijden’ wil maken. Ze wordt een beroemdheid. Ook Babs heeft een tijdlang een relatie met een man met een missie: Ruben, een jongeman die zich opwerpt als de leider van de Sterfelijken, een ‘revolutionaire beweging die in opstand komt tegen het grote onrecht van de Overouderdom’. De hond Eveline speelt in
Eeuwige roem een beetje de rol van de reus in het jongste boek van Annelies Verbeke: het is een personage dat in verschillende contexten telkens opnieuw opduikt. In tegenstelling tot bij Verbeke, wordt zijn betekenis opzettelijk vaag gelaten. In een fraaie metafictionele passage herleidt (of: verrijkt) De Coster de hond tot een metafoor: ‘Eveline is zoals wij weten een hond, maar Eveline is veel meer dan enkel een viervoeter. Onder invloed van het theater en om te ontsnappen aan de kebabmolen is Eveline veranderd in een rasechte volbloed metafoor. Eveline is trouw als een hond, ziek als een hond, ziek van liefde, ja Eveline heeft een holte in de werkelijkheid ge-