De Gentse professor, die zich overigens zelf bedient van feilloos Nederlands én van onvervalst Maldegems, schrijft een en ander in een inleiding op een reeks van vijf cd's die liederen samenbrengen gezongen in het dialect van een Vlaamse provincie. Bij elke cd schrijft Taeldeman een uitgebreide inleiding op de eigenheid en verscheidenheid van de dialecten van de betreffende provincie. Het muzikale project krijgt dus een wetenschappelijke onderbouw. Die wil samensteller Walter Evenepoel dan ook weerspiegelen in het muziekaanbod. Per provincie probeert hij voor elke dialectvariant een lied en een uitvoerder te vinden. Soms heb ik het gevoel dat hij zich daar artistiek behoorlijk in vast rijdt.
Want dat is natuurlijk de vraag die je je kunt stellen: is dit muziek ten dienste van een wetenschappelijk project of is dit een muziekproject met wat wetenschappelijke toelichting? Ik mag hopen dat dat tweede de bedoeling is geweest, maar de dwang van de dialectatlas van Taeldeman maakt dat eigenlijk onmogelijk. Om het heel simpel wiskundig uit te drukken: Vlaanderen telt meer dialecten dan goede zangers en groepen die er zich van (willen) bedienen.
Er zijn natuurlijk de grootheden, de iconen bijna, van het Vlaamse dialectlied: Wannes van de Velde in het Antwerps, Walter de Buck in het Gents en Willem Vermandere in het WestVlaams. ‘De Drie Grote W's’, zo werden ze destijds genoemd, zingen niet in hun dialect bij wijze van statement maar omdat dat voor hen het natuurlijkst en eerlijkst is. Ze zingen niet over vrijende boerinnekes en dansende paterkes maar over de dingen die hen persoonlijk bezighouden en raken: het militarisme, het fascisme, de vreemdelingenhaat, de milieuverloedering, sociale uitsluiting en liefde. Uiteraard zijn ze alle drie opgenomen in deze cd-reeks. Het is een must en een zegen maar het legt de lat meteen (te) hoog voor de vele collega's die de rest van de cd's moeten vullen. Dat gaat natuurlijk niet op voor Flip Kowlier, Ed Kooyman, Marc Hauman of 't Kliekske die al even organisch in hun streektaal zingen. Er zijn bijzondere momenten met Miel Cools in 't Hasselts, Jan de Wilde in het Aalgems of Sabien Tiels in 't Ophovens. Er zijn mensen die in de Vlaamse folkwereld al een stevige plaats hebben verdiend: Olle Geeris, Kristien Dehollander of Zakdoek. Maar deze cd-reeks brengt meer dan tachtig zangers samen. Daar zitten dus af en toe wat zwakkere broertjes en zusjes tussen, maar, toegegeven, ook ontdekkingen. Veel uitvoerders staan wellicht perfect op een stoel in een café op zondagmorgen in het gezelschap van de plaatselijke accordeonist, maar in de context van een onverbiddelijke opnamestudio komt dat dikwijls onzeker, onzuiver, kortom amateuristisch over.
Het repertoire dat die laatste grote groep meebrengt, is ook kenmerkend voor dit project. Meer dan de helft van de liederen behoort tot het genre van de marktzanger of de zangers in de cafés chantants. Het zijn lange verhalende ballades, kluchtliedjes of zogenaamde ‘vetjes’, liedjes met een licht erotische ondertoon. Het is niet gemakkelijk om dat soort liederen op een boeiende manier te brengen. Erik Wille uit Aalter is daarin waarschijnlijk de beste van Vlaanderen en er zijn er nog meer, niet in het minst samensteller Evenepoel en wetenschapper Taeldeman zelf. Wanneer het (hoog-) bejaarde vertolkers zijn, krijgt het lied een zekere museale waarde, wordt het als het ware een historisch document. Maar al te dikwijls blijkt de zanger inderdaad gewoon van de caféstoel geplukt en zingt hij een lied dat daar beter aardt dan door de luidsprekers van uw en mijn hifi-installatie.
Wim Chielens
Zoegezeid, zoegezongen, volume I, Vlaams-Brabant, Alea-Wild Boar Music WBM21901.
Azuuë gezeid azuuë gezoeng'n, volume II, Oost-Vlaanderen, Alea-Wild Boar Music WBM21902.
Zoegezei, zoegezoenge, volume III, Antwerpen, Alea-Wild Boar Music WBM21903.
Azo hezeid, azo hezoeng'n, volume IV, West-Vlaanderen, Alea-Wild Boar Music WBM 21904.
Wi-j gezag, zoe gezònge, volume V, Limburg, Alea-Wild Boar Music WBM 21905.