Muziek
Opera leeft in Rotterdam
In Rotterdam leeft (en soms beeft) opera. Op 18 juni 2001 hield de algemeen directeur van het Rotterdams Philharmonisch Orkest voor de Vrienden van dit orkest een inleiding getiteld ‘De toekomst van de opera in de Maasstad’. Hij kon toen niet vermoeden dat drie maanden later drie voorstellingen van Verdi's opera Rigoletto op de Maas bij de Wilhelminapier letterlijk en figuurlijk in het water zouden vallen en dat het zesde Rotterdam Philharmonic Gergiev Festival, inclusief opvoeringen van de opera Lady Macbeth van Mtsenk van Dmitri Sjostakovitsj werd bedreigd door de afwezigheid van de Russische dirigent Valerie Gergiev, de spil van dit festival, tevens chef-dirigent van het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Dat laatste hield verband met de aanslagen in Amerika, waardoor Gergiev, die in Los Angeles zat, de opening van dit festival niet kon meemaken. Ook kon de eerste opvoering van ‘Lady Macbeth’ in het Nieuwe Luxor Theater evenmin onder zijn leiding doorgaan.
Negenduizend bezoekers zouden op de tribunes op de Rotterdamse Wilhelminapier per avond vier spectaculaire voorstellingen van Rigoletto (op pontons en schepen) volgen, maar de brandweer achtte het weer ongeschikt voor opvoeringen in de openlucht. Daarmee werd een streep gezet onder wat als het grootste buitenevenement aller tijden was aangekondigd. Wie al had betaald kon zijn geld terugkrijgen. Wie niettemin Rigoletto aan de Maas wilde zien, kon terecht in het nabijgelegen Nieuwe Luxor bij aangepaste opvoeringen.
Daarmee werd de miljoenenschade enigszins beperkt, maar van 36.000 bezoekers was natuurlijk geen sprake.
Wat Sjostakovitsj Lady Macbeth van Mtsenk betrof, voorzag het Gergiev Festival gelukkig in de medewerking van de zoon van de componist, Maxim Sjostakovitsj, die niet alleen een deel van het symfonische programma (alle zogenaamde oorlogssymfonieën) voor zijn rekening zou nemen, maar ook één van de drie opvoeringen
Het Luxor-theater in Rotterdam - Foto Rob 't Hart.
van ‘Lady Macbeth’ 1932 met solisten, koor en orkest van het befaamde Mariinsky Theater uit Sint-Petersburg. Hij kon daardoor zonder problemen Valerie Gergiev vervangen die Nederland pas een dag na de première kon bereiken. Rotterdam beefde even, maar kon toen weer opgelucht ademhalen. Het vervolg van dit goedbezochte zesde Gergiev-festival was verzekerd.
Vorige grootschalige operaproducties in de Maasstad werden steeds in de Ahoyhal georganiseerd en waarom men nu zo nodig het water opmoest, is niet helemaal duidelijk. Intussen is er het Nieuwe Luxor bijgekomen, met schitterende uitzichten op de Maas en een glasheldere akoestiek (kom daar maar eens om bij openluchtvoorstellingen!) zodat er ook geen reden meer is de nattigheid op te zoeken. Luxor (architect Peter Wilson) biedt ‘slechts’ 1527 stoelen, iets minder dan het Amsterdamse Muziektheater aan de Amstel, maar het zicht op de Bühne is voortreffelijk en de ambiance goed.
Toen koningin Beatrix in april het Nieuwe Luxor Theater opende, juichte Rotterdam. Eindelijk heeft de Maasstad, operastad bij traditie, een zaal waar de grote namen van opera, musical, show en dans volledig tot hun recht komen, zo liet de stad weten. Bovendien beschikt Rotterdam over kunstinstellingen als De Doelen, de Rotterdamse Schouwburg, het RO-Theater en het Onafhankelijk Toneel die, als ze de handen ineenslaan, tot een reeks van theatrale producties kunnen komen die voor de komende speelperiodes grote verwachtingen