Witgele lenteroos wiegelt renteloos
Hugo Brandt Corstius
werd geboren in 1935 in Eindhoven. Volgde colleges wiskunde, filosofie en algemene taalkunde te Amsterdam en promoveerde over computertaalkunde. Hij is schrijver en wiskundige.
Adres: Corellistraat 14, NL-1077 HD Amsterdam
Honderdduizend keren komt het voor dat een Nederlands woord uit dezelfde letters bestaat, maar in een andere volgorde, als een ander Nederlands woord. Men noemt zulke woorden anagrammen. Dat het er 100.000 zijn, weten wij pas sinds in het jaar 2000 de dertiende druk van Van Dale in cd-vorm verscheen. Het getal berust op een steekproef, dus het kunnen er enkele duizenden meer of minder zijn.
Van geen taal ter wereld is mij zo'n groot aantal anagrammen bekend. Schattingen over het Nederlandse anagrammental kwamen nooit boven de 40.000 uit. De 720.000 woordvormen op de Van Dale-cd zijn voor het merendeel lange woorden. Voor een lang woord is het moeilijker een anagram te zijn. Maar er zijn zo veel lange woorden, dat ik het aantal anagrammen op de cd op 80.000 stel, terwijl er nog 20.000 via enkele trucjes direct zijn af te leiden uit niet-opgenomen woordvormen (aanvoegende wijs, meervoud van verkleinwoord, verbogen vorm van deelwoord enz.).
Niemand zal die 100.000 anagrammen willen zien. Er zitten parels onder, maar het zal jaren duren voor die opgedoken worden. Ik doe hier iets bescheidens. Ik onderzoek de anagrammen die het resultaat zijn van twee simpele processen, en ik geef er de naar mijn smaak mooiste voorbeelden van.
Wanneer is een anagram mooi? Dat kan om semantische redenen zijn (latent talent, rekkelijk kerkelijk), maar ik ontleen mijn waardering vooral aan de verrassing. Zelfs bij de twee simpele processen zijn er anagrammen die verbazen. Als u de vier woorden in de titel bekijkt, dan merkt u natuurlijk direct dat renteloos en lenteroos anagrammen zijn, vanwege het rijm. De twee woorden hebben de plaatsen van de r en de l verwisseld. Datzelfde proces van verwisseling van twee letters levert ook het andere paar woorden uit de titel, witgele en wiegelt, waarin de letters van de derde en laatste plaats zijn verwisseld.
Er zijn ongeveer vijfduizend anagrammen die het gevolg zijn van het ruilen van twee letters. Ik zal er vijftig voorbeelden van geven.