sla’ was daarbij vaste prik, en de dichter geeft in zijn reisverslag commentaar op de problemen die met dat vertaalwerk gepaard gingen.
Van der Vorm doet in zijn bijdrage in deze bundel hetzelfde voor een Turkse vertaling van het bewuste gedicht. De vuistregel daarbij is: ‘...meteen vertalen, dat kan en mag niet.’ Eerst moet er informatie verzameld worden over de auteur en zijn/haar werk, daarna ondergaan de versregels een grondige analyse en vervolgens gaat men na of het gedicht globaal wordt begrepen. Bij het eigenlijke vertaalwerk blijkt dat niet alleen het verschil in ‘couleur locale’ tussen Nederland en Turkije de studenten parten speelt. De woorden die zij nodig hebben voor een goede vertaling worden vaak alleen gebruikt op het platteland en zijn allerminst bekend bij de jongeren uit de grootstad Ankara. Maar na veel gezwoeg en het raadplegen van een agrarisch woordenboek komen ze uiteindelijk tot een bevredigend resultaat. En zo wordt ‘Jonge sla’ nu ‘Körpe marul’.
anne van raemdoncke.a. (red.), Nederlandse Taal-, Vertaalen Letterkunde (Bijeenkomst van docenten in de Neerlandistiek in Zuid-Europa, Israël en Turkije), Universitat de Barcelona, ISBN 84-477-0697-4. |
•
De cultuurafdeling van de chemisch-farmaceutische onderneming Bayer organiseert jaarlijks in de hoofdzetel van de onderneming in Leverkusen een cultuurfestival. Telkens staat een ‘cultuurruimte’ centraal waarin Bayer economisch actief is. Voor het jaar 2000-2001 werd gekozen voor Der alte Kulturraum Flandern Heute. De Duitse onderneming vindt deze ‘oude cultuurregio’ vandaag de dag terug in België, Nederland en de Franse departementen Nord-Pas-de-Calais; ze koos dan ook bewust voor een artistiek programma, afkomstig uit drie landen, omkranst door Duitse concerten en theateropvoeringen. Zo kan men in de industriestad Leverkusen, gekneld tussen Keulen, Düsseldorf en Bonn, nog tot mei 2001 luisteren naar Anima Eterna, La Petite Bande, het Huelgas Ensemble, het Koninklijk Filharmonisch orkest van Vlaanderen, maar ook naar het Residentie Orkest uit Den Haag en het Orchestra National de Lille. Bewust is naar wisselwerking gezocht. Zo soleert de Nederlandse cellist Pieter Wispelwey met het Rijselse orkest. En de Vlaamse improvisator-pianist Fred van Hove treedt op met andere Europese muzikanten. Rosas danst naast het Ballet du Nord uit Roubaix, het Nederlandse Nationale Ballet en het Nederlands Dans Theater. Een Brelprogramma (in het Frans en het Nederlands) ontbreekt niet, Claus ‘Der Kummer von Flandern’ evenmin. En twee avonden wordt er voorgelezen uit Schillers historische geschriften: Geschichte des Abfalls der vereinigten Niederlande von der Spanischen Regierung. Het Oostendse PMMK, het Antwerpse Museum voor Fotografie, het Bonnefantenmuseum uit Maastricht en het Fonds Régional d'Art Contemporain uit Duinkerke verplaatsen zich naar Leverkusen met een bloemlezing uit hun collecties, en ook het Belgisch Centrum voor het Beeldverhaal pakt uit met een tentoonstelling in de Duitse industriestad. De jonge Gentse graficus en decorontwerper Vladimir Ivaneanu mag als ‘Stadtmaler’ in residence zich enkele maanden door de stad laten inspireren. Bayer biedt kortom in zijn thuishaven een eigenzinnige staalkaart van cultuur aan uit de ‘Lage Landen’ in de ruimste zin van het woord. Luc Devoldere schreef voor de programmabrochure van het festival een oriënterende bijdrage (Ons vaderland is de taal. Maar welke? Notities van een Vlaming) die in het Nederlands, Frans en Duits wordt afgedrukt.
http//:www.kultur.bayer.de
•
In 1976 verscheen de eerste editie van het tweetalige jaarboek De Franse Nederlanden - Les Pays-Bas Français. Deze publicatie van de Stichting Ons Erfdeel wil de lezer informatie bieden over de meest uiteenlopende aspecten van de Franse Nederlanden en de betrekkin-