co-produktie Just Friends, waarin ook de NOS participeerde. Voor zijn debuut in de lange speelfilm koos Wajnberg voor een film over het jazzmilieu in het Antwerpen van 1959. Centraal staat de vriendschap tussen Jack, een getalenteerde tenorsaxofonist (een alweer grandioze prestatie van de Vlaamse acteur Josse de Pauw), en de avantgardistische beeldhouwer André (Charles Berling). Just Friends geeft een zowel grappig als triest beeld van het marginale artistieke milieu, waarin kunstenaars hopeloos om erkenning vechten. De film doet bijzonder authentiek aan en bekoort door het mobiele camerawerk en de uitstekend geïntegreerde jazzmuziek van Archie Shepp. Het lijkt wat vreemd dat de film overwegend het Frans als voertaal gebruikt - en in het geval van Josse de Pauw is dat behoorlijk Vlaams Frans - maar in het internationale jazzmilieu van het Antwerpen van toen was dit tamelijk vanzelfsprekend.
De documentaire Op de fiets naar Hollywood geeft een overzicht van 35 jaar Nederlandse speelfilmproduktie. Zoals de titel suggereert, stellen de makers vast dat Nederlands filmtalent als de cineast Paul Verhoeven en cameraman Jan de Bont steeds meer heil zoekt in het buitenland, vooral in de U.S.A. Via interviews met Nederlandse regisseurs en fragmenten van hun realisaties wijzen De Hert en Thijssen enerzijds op de leemten in het filmbeleid en tonen ze anderzijds aan wat in Nederland aan filmtalent beschikbaar is.
De produktieomstandigheden blijken in Nederland niet zoveel rooskleuriger te zijn dan in Vlaanderen, waar Dominique Deruddere eveneens naar Hollywood trok om Wait until Spring, Bandini (1989) te draaien.
De oprichting van een Vlaams Audiovisueel Fonds, een recente versie van het niet doorgevoerde filmdecreet van 1990, dat in wezen op het Nederlandse model geënt is, zou voor de Vlaamse filmwereld weleens een schrale troost kunnen zijn. M.a.w. het is niet omdat men bureaucratische toestanden uitschakelt, dat men
Josse de Pauw als de tenorsaxofonist Jack in de film ‘Just Friends’ van Marc-Henry Wajnberg.
daardoor ipso facto de produktie- en distributiemogelijkheden optimaal aanwendt. Deze documentaire over de Nederlandse film van De Hert en Thijssen is in vergelijking met hun
Janssen en Janssens maken een film (1990), die 25 jaar Vlaamse film behandelt, oppervlakkiger en blijkt in een al te grote haast gemonteerd te zijn. Dat is niet te wijten aan de makers, maar heeft nu eenmaal alles te maken met de omstandigheden waarin, zowel in Nederland als in Vlaanderen, filmmakers hun beroep moeten uitoefenen.
De bekroning van de Taiwanese film The Puppetmaster van Hou Hsiao Hsien en Passion Fish van de Amerikaanse cineast John Sayles kregen op dit twintigste filmfestival nauwelijks aandacht van de pers, terwijl zo goed als alle Plateauprijzen naar de Vlaamse film Daens van Stijn Coninx gingen. De Franstalige Belgische concurrent C'est arrivé près de chez vous, een bijzonder originele maar controversiële film van Remy Belvaux, Benoit Poelvoorde en André Bonzei, viel totaal buiten de prijzen.
Wim de Poorter