zonder voorbehoud een standaardwerk genoemd mag worden, de definitieve Masereel-bibliografie. De indeling in zeven grote rubrieken is veel logischer en overzichtelijker dan in de versie van 1975, en bovendien bevat de nieuwe bibliografie een aantal nooit eerder geïnventariseerde gegevens: een lijst van de teksten die Masereel zelf heeft gepubliceerd bijvoorbeeld, lijsten van de voornaamste brievenbestanden en van catalogi van exposities, veilingen en antiquariaten, en een twintigtal bladzijden biografische gegevens.
Natuurlijk is een bibliografie in de eerste plaats een werkinstrument, in dit geval zelfs een onmisbaar instrument voor bibliotheken, prentenkabinetten, veilinghuizen en kunsthandels. Maar de honderden afbeeldingen van prenten, affiches en omslagen maken van het boek tegelijk een aantrekkelijk naslagwerk voor de liefhebber van grafiek, die eindelijk de kans krijgt kennis te maken met een aantal nog zo goed als onbekende aspecten van Masereels verbijsterend veelzijdig en omvangrijk grafisch oeuvre. De Vlaamse gebruiker zal het overigens vooral opvallen, hoe stiefmoederlijk Masereel door de Vlaamse uitgevers is en wordt behandeld. Van het Livre d'heures (1919) verschenen Franse, Duitse, Amerikaanse, Engelse, Chinese, Italiaanse en Joegoslavische edities, maar niet één Vlaamse - tot de Brusselse vestiging van de Duitse uitgever Harenberg een bibliofiele editie uitbracht, met een Nederlandse vertaling van de inleiding van Thomas Mann uit 1926. Helaas een paar maanden te laat om als eerste Vlaamse editie van een ‘beeldroman’ van Masereel in de bibliografie te kunnen worden vermeld.
Joris van Parys
frans masereel. Eine annotierte Bibliographie des druckgraphischen Werkes, Saur Verlag, München, 1992, 744 p. (ISBN 3-598-11103-7)