Ons Erfdeel. Jaargang 35
(1992)– [tijdschrift] Ons Erfdeel– Auteursrechtelijk beschermdEen feministische novelle?Volgens de feministische literatuurcritica Hannah van Buuren kan men de door vrouwen geschreven literatuur in vijf groepen onderverdelen. Die groepen komen telkens overeen met een fase waarin een bepaald vrouwelijk element wat meer naar voren komt. Grofweg onderscheidt ze: 1. de slachtofferfase, 2. de reactie, 3. de zelfontdekking, 4. het creëren van eigen werkelijkheden en 5. de androgyne oplossing.Ga naar eind(1) Romans uit de reactie-fase zijn o.a. die waarin de miskende vrouw, het slachtoffer van de man(nenmaatschappij) uit de eerste fase, zich bevrijdt uit haar benarde positie. In het reflectiestadium bezint zij zich dan op haar eigen wezen, vaak via de ‘stream of consciousness-techniek’, die - hoewel al lang bestaand - als een zeer vrouwelijke schrijfwijze beschouwd wordt. In de vierde fase tenslotte creëert de vrouw haar eigen werkelijkheid, waarin de traditionele rollenpatronen waarbij de man de macht heeft en de vrouw het slachtoffer is, tenietgedaan worden. Op het eerste gezicht bevat Suzanne Binnemans' novelle Trefwoord: wraak elementen uit de tweede, derde en vierde fase en zou het dus een feministisch boek bij uitstek kunnen zijn. Hoofdpersonnage Valérie is immers een jonge vrouw die, na jarenlang de (seksuele) vernederingen van haar veel oudere vriend Max te hebben ondergaan, uit die relatie ontsnapt en op zoek gaat naar zichzelf. Op haar beurt probeert ze dan via prostitutie de macht in handen te krijgen en mannen - die gestalte krijgen in de figuur van de ‘brave’ echtgenoot Willem - zo ver te krijgen dat ze voor haar volstrekt alles opgeven. Op die manier zouden mannen dan beseffen wat vrouwen al eeuwig voor hen doen. Slaagt Valérie in haar opzet of wordt ze opnieuw slachtoffer van het systeem waarin mannen toch nooit de touwtjes uit handen geven? Is het boek een feministische roman, waarin vrouwen altijd gesterkt uit de strijd komen, of niet? Suzanne Binnemans geeft geen sluitend antwoord op deze vragen. En dat maakt het boekje zo genietbaar. Ze biedt de lezer geen heldere, samenhangende getuigenis aan, maar een versnipperd relaas dat Valéries verwardheid uitstekend weergeeft. Pas na het lezen vallen de stukjes van de puzzel op hun plaats. Daarvoor moet de lezer zich dan wel in Valéries gedachtenwereld willen verplaatsen en bereid zijn te aanvaarden dat haar ambivalente houding tegenover mannen voortspruit uit het gemis aan een vaderfiguur, en dat de hechte band met haar mooie en sterke moeder pas kon ontstaan nadat de mannen die tussen hen in stonden - vader en broer, echtgenoot en zoon - voorgoed verdwenen waren. In die zin zit het boek dan toch weer propvol feministische elementen. Valéries dooltochten in haar allesbehalve prettige verleden worden vaak op treffende wijze weergegeven. Bijvoorbeeld wan- | |
[pagina 440]
| |
neer ze terugdenkt aan haar leven met Max: Hij stelt me tentoon aan vrienden en kennissen. 's Avonds laat hij spinnen over m'n lichaam lopen. Hij laat de winter in me wonen, zodat ik 's nachts tien tot twintig maal rillend wakker word. ‘Het leven is niet één en al lol’, zegt hij als ik mijn lot durf te beklagen. ‘Je moet ook al eens wat doen tegen je zin’.(p. 25) Ondanks alle vernederingen en pijn denkt Valérie soms nog met ontroering terug aan de tijd met Max. Vanzelfsprekend rijst de vraag: ‘Waarom slikken sommige vrouwen dit alles? Waarom laten ze zich kortwieken, vastbinden, opsluiten?’ Binnemans geeft zelf het antwoord: tegen verliefdheid is weinig bestand. En als de verliefdheid voorbij is, komt de angst om verlaten te worden. En als de vrouw tenslotte, onbekend en onbemind, toch verlaten wordt, rest haar slechts de wraak. Nogmaals, is dit nu een feministisch boek of niet? Tegenhanger van Valérie is Lea, de vrouw van Willem (Valéries minnaar/slachtoffer). Ook zij is een allesopofferende vrouw die altijd in de schaduw van haar echtgenoot geleefd heeft tegen beloning van een schijnbaar rimpelloos huwelijk. Haar deugdzaamheid wordt echter ‘beloond’ met de ontrouw van Willem. Vrouwen komen er dus hoe dan ook bekaaid vanaf. En dat is niet zo verwonderlijk. Want Willem lijkt op Max, vindt Valérie. En zowel Max als Willem herinneren haar aan haar vader. Kortom, alle mannen zijn gelijk. En dat is in dit geval zeker geen compliment. Want hoewel ook Valérie allesbehalve een aardige vrouw genoemd kan worden, is haar gedrag slechts een logisch gevolg van het gedrag van... mannen. Zou het boek dan toch feministisch zijn?
Gerti Wouters suzanne binnemans, Trefwoord: wraak, Houtekiet, Antwerpen-Baarn, 103 p. |
|