Wat uit zijn pen vloeit, is meestal boeiend van inhoud en origineel van stijl. Wel springt hij gemakkelijker om met een orkest dan met een strijkkwartet. Het String Quartet, dat hij voor Arditti schreef, bevat ontegenzeggelijk knappe ideeën en verrassende vondsten. Het geheel echter blijft nog een zoeken naar nieuwe klankmogelijkheden en effecten. Het effecten-najagen duikt ook wel even op in de cantate Non lasciate ogni speranza, die Brewaeys componeerde in opdracht van het Kon. Filharmonisch Orkest van Vlaanderen. Het solospel b.v. van Daniel Kientzy op vier verschillende saxofoons, al dan niet met mondstuk en soms simultaan, is eerder virtuoos en spectaculair dan dat het zuivere muziek is. Maar daarnaast is de componist er wel degelijk in geslaagd de desolate en uitzichtloze sfeer van wachten in een beklemmende partituur weer te geven, met hier en daar analytische klankschilderingen. De sopraan Mireille Capelle vertolkte de tekst uit Il Deserto dei Tartari van Dino Buzzati met een indringende en soms dramatische declamatie. Het was jammer echter dat de luisteraar zelden een woord van die tekst kon verstaan.
‘Die Harmonie’, samengesteld uit de blazers van het Nieuw Belgisch Kamerorkest, presenteerde in de Singelreeks de eerste uitvoering van Mysterium van Wim Henderickx (o1962), een jong en veelbelovend talent. Geïnspireerd door een diepzinnige Zen-tekst, is dit werk voor tien blazers ook als absolute muziek boeiend van inhoud, vooral door de rijke kleurencombinaties en de wisselende stijltechnieken zoals repetitieve schrijfwijze, imitatie, Klangfarbenmelodie, variabel ostinato enz. Bovendien bezit elk van de drie delen zijn eigen expressieve inhoud, volkomen in overeenstemming met de titels: een dynamisch en borrelend wordingsproces in Creation, levendige en bewogen tegenstellingen in Earth en onwezenlijke of verstilde klankspectra in Eternity.
A. Laporte, L. Brewaeys, W. Henderickx, slechts een greep uit de vele namen van Vlaamse componisten die tijdens het afgelopen concertseizoen in Antwerpen een spiksplinternieuw werk mochten presenteren. Ook voor het seizoen 1990-1991 gaan de concertdirecties op de ingeslagen weg voort. In de programma's duiken de namen op van W. Hus, L. Van Hove, P. Vermeersch, S. Verstockt, D. Schroyens e.a. Antwerpen schijnt opnieuw een belangrijk centrum te worden van eigentijdse Vlaamse muziekcultuur.
Hugo Heughebaert