Ruimte aan de verbeelding.
Michael Jacklin
De dagboektekeningen
Sinds 1975 maakt Michael Jacklin dagboektekeningen. Dat kunnen ontspannen krabbels zijn die nieuwe vormvondsten vastleggen of daar naar toe leiden. Het kunnen notities zijn over het gebruik van een bepaald materiaal. Ook kunnen er in de schetsjas principes worden uitgewerkt. En tenslotte zijn er combinaties mogelijk van deze drie typen. Michael Jacklin heeft inmiddels een stapel dagboeken. Hij bladert er graag in. Niet alleen recente krabbels kunnen de aanleiding vormen
Michael Jacklin, beeld in bandijzer, 1986, 90 × 200 × 80 cm, Amsterdam, privécollectie.
Michael Jacklin, ‘Victim of Words’, 1987, 170 × 200 × 40 cm.
tot een nieuw beeld, ook het terugzien van een schetsja van enkele jaren oud kan de verbeelding in gang zetten. Wanneer een dagboekkrabbel mogelijkheden lijkt te bevatten voor een uitvoering op monumentaal formaat, maakt de beeldhouwer een wat grotere, meer uitgewerkte tekening en vervolgens een op groot formaat. Het papier is zijn proeftuin; slechts bij uitzondering passeert een tekening het karakter van een verkenning en bereikt ze het stadium van het zelfstandig kunstwerk.
De hier aangegeven werkwijze ontwikkelde Michael Jacklin - hij is de zoon van een Nederlandse moeder en een Australische vliegenier - al in 1975 toen hij nog opgeleid werd aan de Rietveldacademie in Amsterdam. Daarna werd hij begeleid op de Ateliers '63 in Haarlem en vervolgens vestigde hij zich in een eigen atelier in Amsterdam. Sinds 1985 werkt hij bij voorkeur in ijzer omdat hij dit materiaal zelf kan verwerken en dat graag doet, omdat het duurzaam is en vooral omdat hij het mooi vindt. - Het werken in ijzer werd in de jaren twintig in de moderne beeldhouwkunst geïntroduceerd in Parijs door de Spanjaard Julio Gonzalez (1876-1942). Zoals hij de specifieke mogelijkheden van het ijzer exploreerde, deed dat op zijn beurt de Amerikaan David Smith (1906-1965), die het materiaal even principieel toepaste. In Nederland was het de