Muziek
Boog van Robert Heppener
Ter gelegenheid van het 100-jarig bestaan van het Concertgebouworkest componeerde Robert Heppener (o1925) een krachtig, groots orkestwerk. Voor velen kwam dit onverwacht, Heppener is vooral een lyricus die prachtige liederen schreef. Maar in zijn compositie Boog voor groot orkest realiseerde hij een enorme spanning (in 22 minuten van pp tot fff), als een boog die gespannen wordt, vanuit een éénstemmig begin in de kiemcel van twee kleine sekundes gescheiden door een kwint, een minuscuul tastend figuurtje, dat steeds agressiever wordt, zich steeds verder vertakt, tot de lading onverdragelijk wordt. De strijkers spannen die boog, de blazers kleuren alleen in, in eerste instantie vond dit werk dan ook een bestemming voor strijkkwartet.
Het spannen van een boog duurt in werkelijkheid maar enkele seconden, maar in Heppener's werk is er een uitvergroting in de tijd, enigszins vergelijkbaar met het spannen van een spier bezien onder een microscoop.
Een klap blijft uit, de spanning ontlaadt zich in een vervluchtende stilte, de trompet markeert het afschieten van de pijl en bij deze slow motion-explosie klinkt een verre herinnering naar de eerste pianomaten van Schumann's lied Mondnacht. De componist dacht met name aan de laatste regels: ‘Und meine Seele spannte weit ihre Flügel aus, flog durch die stillen Lande, als flöge sie nach Haus’.
Een jaar werkte Heppener met ‘alle spieren gespannen’ aan zijn compositie, aan dit intrigerende ideeën-stuk. De spanningsopbouw vond ik in zijn radicaliteit indrukwekkend, die ontspanning was voor mij iets problematischer. Het Concertgebouworkest en zijn dirigent Riccardo Chailly hielden een overtuigend pleidooi en dat is in het verleden wel eens anders geweest. Ik herinner me nog hoe Haitink zelfs een jubileumopdracht voor Otto Ketting heeft geweigerd uit te voeren...
Ernst Vermeulen