neel. De overige genoemde werken worden om hun grote of speciale bezetting zelden geprogrammeerd. Een interessante keuze dus, maar juist dat aspect van de grootse effecten werd akoestisch teniet gedaan. Te oordelen naar de zachtere en minder bezette passages haalden beide uitvoeringen een hoog niveau. Vooral het
Filharmonisch Orkest van Vlaanderen gaf blijk van een gevoelige aanpak van de Russische romantiek.
Gelukkig was er nog de oude vertrouwde Stadsschouwburg waar de akoestiek niet leidt tot onaangename vervormingen. Daar had de wereldcreatie plaats van Elckerlyc, oratorium voor recitant, soli, koor en orkest van Jan Van der Roost, uitgevoerd door koor en orkest van het Lemmensinstituut o.l.v. Edmond Saveniers en met als solisten Jeanine Lambrechts, Jan Caals, Werner van Mechelen en Frans van Eetvelt. Het werd een gave uitvoering van een boeiende compositie. Van der Roost weet in een neo-romantische stijl heel effect- en affectvol een tekst weer te geven, waarbij hij blijk geeft van sterke melodievorming en vooral van rijk geschakeerd orchestreertalent. De tekst was het zwakke punt: bewerker Ast Fonteyne leverde in pseudo-archaïserend Nederlands een (te) lange tekst, zodat de componist noodgedwongen al te veelvuldig naar parlando en reciteren moest grijpen. Goede zangers zijn echter niet altijd goede declamatoren. Middenin alle drukte rond de Koningin Elisabethwedstrijd voor viool waren in de Kortrijkse concertenreeks ook twee schitterende virtuozen aan het werk: Konstanty Kulka met een verbluffende interpretatie van het Sibeliusconcerto, matig bijgestaan door de Filharmonie van Gdansk, en Augustin Dumay met een prachtig tweede vioolconcerto van Bartok, heel degelijk begeleid door de Filharmonie van Strasbourg. Deze twee orkesten brachten ook ieder een minder dikwijls gehoord werk: Gdansk gaf een behoorlijke interpretatie van de zo ironische Vijfde symfonie van Sjostakovitsj, Strasbourg toonde grote kwaliteiten in de Zevende van Dvorak.
Bij de kamermuziekconcerten was vooral het optreden van het Salzburgse Hagenkwartet een revelatie. Niet zozeer vanwege hun sublieme versie van Haydns op. 76 nr. 4 en van Schuberts Rosamunde, maar vooral door de programmatie van een volslagen onbekend maar van klasse getuigend kwartet van Erwin Schulhoff (1894-1942). Het Festival besloot met een huldeconcert voor de 80ste verjaardag van stichter-voorzitter Maurits Denaux. Muzikale eer werd gebracht door het strijkersensemble Sinfonia o.l.v. Dirk Vermeulen en vooral door Walter Boeykens (Weber) en Jean Claude Vanden Eynden (Mozart). Dé verrassing was echter het optreden van een koorgroep gevormd door oudleden van Singhet ende weset vro, het koor dat Maurits Denaux tussen 1943 en 1967 naar zovele grote successen heeft geleid. De ontroerde voorzitter vroeg aan de aanwezigen als tegenprestatie voor zijn inzet in het Festival van Vlaanderen om ook de jeugd de weg naar de concertzaal te leren vinden.
Hendrik Willaert