Plattegrond
Marinus Boezem beschouwt een plattegrond, net als de polder van Leerdam, als een platte sculptuur. In de beschilderde collage Flying the map cirkelt een vliegtuigje over Middelburg en tekent in het zwerk de stadswallen met kerosinestralen. Middelburg heeft een heel mooie plattegrond, met bolwerken die nog intact zijn gebleven, en de straten hebben allemaal een curve waardoor je steeds op een obstakel stuit.
De kunstenaar hanteert vaak landmetersgereedschap, of hij neemt markante en herkenbare architectonische scheppingen als uitgangspunt, de piramide van Cheops of de kathedraal van Reims.
In de IJsselmeerpolders groeien sinds een paar jaar tientallen populieren, neergezet in de vorm van de plattegrond van de kathedraal van Reims. Ze rijzen op als de pilasters van een gotisch bouwwerk, volgens Boezem ‘het hoogtepunt van door de mens gestructureerde ruimte’.
Aan kathedralen werd vroeger decennia gewerkt, als aan een organisch bouwwerk, en ook de populieren op de polder van Almere zullen pas over tien of twintig jaar een gigantische en zwevende sculptuur laten zien. De populier is een gotische vorm en daarom heeft Boezem hem voor zijn groene kathedraal gebruikt. Het bouwwerk van bladeren en bomen groeit niet zonder ironie in Almere, een stad gewonnen op de zee, waar alleen scheepswrakken in de bodem waren te vinden als getuigen van cultuur. Een huis had er eerder nooit gestaan, en dus ook geen kerk of kathedraal.