de onderkoelde tekstzegging en je hebt het hele plaatje. Soms leidde deze stijl tot humoristische momenten, wanneer zij directe kritiek op het oospronkelijke stuk dreigde te worden, maar op geen enkel moment verloor Carrousel werkelijk de integriteit ten opzichte van Lorca. Het is niet erg gedateerdheid aan te geven, als uit de rest van de context geloof in het origineel blijkt.
Carrousel gebruikt de toneelmiddelen niet om de realiteit op te roepen. Messen overheersen de gedachten van de moeder van de bruidegom, maar we zien tijdens de hele voorstelling geen enkel mes. Het gevecht tussen de twee mannen wordt niet getoond; de zoekactie naar de ontvluchte minnaar en minnares speelt zich voornamelijk in poëtische teksten af. Scène wisselingen en plaats van handeling worden slechts door het acteren aangeduid.
Carrousel gebruikt de toneelmiddelen om de atmosfeer van het stuk recht te doen. Op die manier is Bloedbruiloft een zinderend stuk toneel geworden, vol suggestie en onderhuidse spanning, barstend van ingehouden temperament, en Spaanser dan de Spaanste peper.
Het bloed zegeviert over het verstand, het gevoel over de wetten van de gemeenschap. Krijgt het individu uiteindelijk toch gelijk? De minnaar heeft als enige een naam; hij is het die zich niets aantrekt van god en gebod. Op het toneel ziet hij er echter niet sympathiek uit.
Van een heel andere orde was De Salon met Spoken in de kast, geregisseerd door Annemarie Prins. Spoken in de kast bleek een zeer wisselvallige voorstelling. Een aantal effecten was zeer effectief en goed doordacht, maar daarnaast zakte de voorstelling bij tijd en wijle als een plumpudding in elkaar. Spoken in de kast is een collage van literaire en semi-literaire teksten, die gemeen hebben dat zij alle over de oorlog gaan. Als theatrale vorm is gekozen voor een mooie, jonge vrouw die klaarblijkelijk op zoek gaat naar een oorlogsverleden. In het stuk bevrijdt zij letterlijk de spoken uit de kast, een mooi effect: een deur, frontaal achter, gaat open, en daar zitten als een familieportret de vijf oude mensen die ieder zo hun tekst en hun herinnering hebben. Als portret schuiven ze naar voren en breken dan uiteen om ieder zijn of haar gedachtenschimmen na te jagen.
Het stuk wordt beklemmend als om de spanning te breken liedjes uit de oude doos worden gezongen, die van het gemeénste soort rustigheid en romantiek zijn. Monumentaal is de godsdienstwaanzinnige die in zijn onmetelijke waanvoorstelling Duitser, Nederlander en buurman op een hoop gooit en ze allen wil verdelgen. Voor hemzelf is het toilet de veiligste plek.
Subtiel zijn de voortdurende, vaak onderhuidse verwijzingen naar verleden, herinnering en verdrukte ervaring. Over een oom wordt niet gesproken, omdat hij in een kamp is omgekomen, evenmin over een slechte tante die met Duitsers ging. Een kleine ophaalbrug waarover leden van de familie gevlucht zijn, heeft een enorme stalen vorm aangenomen. Een oude vrouw verscheurt gedurende de gehele voorstelling foto's die ze van de achterwanden afhaalt. Een andere oude vrouw zit in een rolstoel, maar blijkt later gewoon te kunnen lopen.
Een goed gebruikt gruwel effect was ook het contrast tussen de echte oudheid, onbeholpenheid en kwetsbaarheid van de acteurs en actrices op leeftijd en de schoonheid en jongheid van het meisje die als de verzinnebeelding van de naïveteit van de jeugd, tussen zoveel jaren, leed en herinnering, een haast obscène indruk maakte.
Daartussendoor echter zakte de voorstelling te veel weg in herhalingen, onduidelijke scènes en zinloze bewegingen over het toneel. Op die manier droegen de Spoken in de kast de kiemen van iets moois en nieuws, maar tot werkelijke ontkieming kwam het toch niet.
Paul van der Plank