Sjostakovitsj bij het Residentie Orkest en het Gelders Orkest
Steeds meer wordt door de symfonie-orkesten, met het Concertgebouworkest voorop, de muziek van Dmitri Sjostakovitsj op de programma's geplaatst. Het Gelders Orkest wijdde zich aan de Negende en het Residentie Orkest aan de Tiende Symfonie in de maanden februari-maart.
De Negende opus 70 uit 1945 werd razend snel voltooid. Aanvankelijk dacht Sjostakovitsj aan een ‘oorlogsthriller’ met de nodige solisten en groot koor, - maar het werd een luchtig en lenig, flitsend abstract muziekstuk, enigszins te vergelijken met Prokofjevs Klassieke Symfonie. En zo werd het ook door Eduardo Marturet opgevat en door het Gelders Orkest gerealiseerd, pittig en brutaal, meer ruw dan gepolijst, heel direct van klank.
Het Residentie Orkest, onder leiding van Hans Vonk, wijdde zich aan de Tiende Symfonie opus 93 uit 1953. Een heel andere compositie, geschreven kort na Stalins dood. Het scherzo zou, althans volgens de herinneringen verteld aan Solomon Volkov (Getuigenis, Privédomein nr. 64, Arbeiderspers) bedoeld zijn als een muzikaal portret van Stalin. Of dit juist is of niet, de sfeer is in ieder geval tomeloos en ongebreideld, maar ook driftig in bijtende zin.
Welnu, Vonk en de zijnen verzorgden een virtuoze lezing, maar niet zo zeer een karakteristieke, - bijtend klonk dat scherzo geenszins. Het was een respectabele uitvoering, maar niet zo zeer één waaruit een interessante visie sprak.
Ernst Vermeulen