werk verschijnt. De kwaliteit heeft er zeker niet onder geleden. Botshol (1980) diept de werkelijkheid uit, accepteert geheimen, vraagtekens en stelt zich teweer tegen vergankelijkheid. Ook in de taal gaat zij moeilijker wegen - en dan het verst en indrukwekkendst in het titelgedicht (hierachter afgedrukt). Een belangrijk bestanddeel van haar werkelijkheidsbesef en -uitbeelding vormen de liefdesgedichten. De ander blijft op afstand, spreekt een andere taal, kijkt met andere ogen. Nieuw is het antwoord dat op die vaststelling wordt gevonden. Berusting is het antwoord, maar dan veeleer een vitalistische dan een passieve berusting. Het gedicht ‘Grijs-trap’ (zie hierachter) is een hoogtepunt in dezen. De kracht van het accepteren is door niemand eerder zo ‘gewoon’, zo zonder uiterlijk vertoon, aan de orde gesteld. In dergelijk werk is Judith Herzberg het sterkst. De lezer voelt de betrokkenheid, meer dan in ander werk waar b.v. een zeeman, een visser, een boer worden uitgebeeld. Daar is een zekere willekeur in het geding. Wie immers niet naar een wereldbeeld op zoek is, wie bij wijze van spreken de werkelijkheid laat liggen en het vooral heeft gemunt op de snippers en details en deze zonder onderlinge ordening aanbiedt, schikt zich naar de willekeur van wat hij vindt. In de jongste bundel tot op heden, Dagrest (1984), is dit niet anders. Ook hier bepalen niet een of enkele thema's het werk en wordt er geen poging ondernomen de wereld al dan niet globaal in beeld te brengen. Maar wél krijgt de lezer keer op keer een kleine schok doordat wat er getoond wordt zo treffend en fijnzinnig is. Een voorbeeld:
ELKE OCHTEND
Elke ochtend, tussen het aandoen
van zijn linker- en zijn rechterschoen
trekt zijn hele leven even langs.
Soms komt de rechterschoen er dan
Judith Herzberg weet met groot raffinement de onbevangenheid te bewaren. Zij bindt zich niet aan denksysteem of verstand, maar zoekt het leven in z'n ontwapenendste vorm:
BLIJF BIJ
Blijf bij verstandige mensen vandaan
blijf in de buurt van verliefden
al ben je alleen en het is niet op jou
blijf liever in beduusde rouw want
verstandigheid is besmettelijk
Ook in de vorm van haar gedichten behoudt zij haar vrijheid. Zeer korte, lyrische versjes treft men aan naast lange, brede prozagedichten. Hoe haar gedicht er ook uitziet, zij blijft altijd herkenbaar aan de sprankelende eenvoud van taal, aan een verrassende invalshoek, aan een wezenlijk lyrisch uitgangspunt, ook bij doodgewone onderwerpen, en aan het ontbreken van alle nadrukkelijkheid. Zij verstaat de kunst, het gedicht niet telkens te beeindigen met dwingende, ook ritmisch afsluitende regels. Zelfs wanneer de ‘mededeling’ een afsluiting eist, weet zij een open einde te bewerkstelligen:
LOSSE STUKKEN
Na die grootse weloverwogen explosie
zocht de uitgekookte puzzelaar de losse
stukken bij elkaar jij hier ik daar
bot weer bij weggeslingerd bot voel maar.
Of de brokstukken langzamerhand bij elkaar zijn gezocht en alsnog een enigszins coherent geheel zal worden gevormd zullen volgende bundels uitmaken. In de beste zin van het woord blijft Judith Herzberg als ‘uitgekookte puzzelaar’ de lezer boeien. Het is niet moeilijk benieuwd te blijven.