Theater
Het Nederlands Theater Instituut
Een in korte tijd danig gewijzigd theaterbestel in Nederland. Sedert 1970 ontelbare premières van vele groepen die voortkwamen uit tal van disciplines als b.v. jeugdtheater, beeldend theater, toneel, muziektheater, mime, pantomime en bewegingstheater.
Critici signaleerden wel dat er een volkomen andere theaterpraktijk was gegroeid maar wie heeft het overzicht. Subsidiërende instanties overzagen slechts dat deel dat ook daadwerkelijk werd gesubsidieerd. Zelfs het landelijke advieslichaam de Raad voor de Kunst, beschikte niet over ontsloten toegankelijke informatie over deze geheel uit het niets tevoorschijn komende bedrijfstak waarvan zij zelf notabene pleitbezorgster en kwaliteitsbewaakster was. Het is dan ook niet vreemd te constateren dat politici, ambtenaren, journalisten, artistieke en zakelijke leiders, al naar gelang eigen opportuniteitsbelang ongestraft uitspraken konden doen die bij elkaar het maatschappelijk functioneren van het theater en de betekenis van de bedrijfstak beïnvloedden zonder dat daarmee op grond van feiten en betrouwbare informatie een zakelijk debat kon worden aangegaan. Natuurlijk wil ik geenszins de belangrijke stellingnamen van personen en instellingen en het resultaat van het onderzoek op het terrein van kunst en cultuur bagatelliseren. Zeker niet, maar ik signaleer slechts dat de politieke besluitvorming was gebaseerd op de publieke opinie in plaats van op basis van objectieve feiten, die op hun beurt de publieke opinie moeten beïnvloeden.
Zoals iedere bedrijfstak heeft ook het theater om louter continuïteitsredenen en als middel om bestaansrecht af te dwingen behoefte aan deskundige ondersteuning zowel op het terrein van scholing, documentatie, onderzoek, meningsvorming, informatie, promotie, managementverbetering en exportontwikkeling.
De geschiedenis van het Nederlands Theater Instituut begint officieel op 1 april 1978, maar daaraan is het één en ander voorafgegaan. Die datum markeert de afsluiting van een overleg, dat in het najaar van 1976 is begonnen, resulterende in de integratie van drie instellingen, nl. de Vereniging Het Toneelmuseum, de Stichting Nederlands Centrum van het Internationaal Theater Instituut (ITI) en de Stichting Geluid- en Beeldarchief van het Toneelmuseum, beter bekend onder de naam Theater Klank en Beeld.
In oktober 1966 was met instemming van alle mogelijke betrokkenen, de Stichting Geluiden Beeldarchief van het Toneelmuseum opgericht, met als doel niet alleen films, grammofoonplaten en geluidsbanden van en
Nederlands Theater Instituut te Amsterdam.
over theater te verzamelen, maar ook te gaan maken.
Het in juni 1949 opgerichte Nederlandse Centrum van het Internationaal Theater Instituut was in Den Haag gevestigd met als doelstelling het internationaal bevorderen van de uitwisseling van kennis en praktijk op het gebied van het theater. In de loop der jaren bleek dat nauwe samenwerking met het Toneelmuseum gewenst was om doublures, speciaal in de bibliotheek en documentatie, te vermijden. Integratie van de instellingen werd bevorderd door de verhuizing naar Amsterdam, die in 1975 kon worden gerealiseerd.
De statutair opgenomen doelstelling van het Nederlands Theater Instituut luidt:
‘Het verzamelen en beheren van materialen en het verschaffen van informatie over het theater in de ruimste zin van het woord en het optreden als Nederlands Centrum van het Internationaal Theater Instituut’.
In de praktijk is deze doelstelling, wanneer we het optreden als Nederlands Centrum van het Internationaal Theater Instituut buiten beschouwing laten, te verdelen in twee op zichzelf staande elementen, ten eerste: het aanleggen van de verzameling, ten tweede: het verwerven en verschaffen van informatie.
Het NThI streeft ernaar deze twee elementen met elkaar in