Ons Erfdeel. Jaargang 30
(1987)– [tijdschrift] Ons Erfdeel– Auteursrechtelijk beschermdPublikatiesDe geboorte van een natieOude of verouderde nationalisten stellen graag de geboorte van ‘hun’ natie op een zéér oude datum. Chlodwig is in Frankrijk al een oer-Fransman; misschien zelfs reeds Vercingetorix. In Nederland worden de Batavieren gehuldigd als oervaders des vaderlands, evenals de ‘oude Belgen’ elders. Meer dan chauvinistische propaganda is dat niet, maar ze wordt op lagere scholen onderwezen, zodat iets er toch steeds van blijft hangen. Daarom is het goed, dat er in de laatste tijd studies verschijnen over de wérkelijke ontwikkeling van het nationaliteitsgevoel. In veel gevallen is dat eng verbonden met een revolutionaire bewustwording. Het ‘Vive la Nation’ van Generaal Kellermann in de slag bij Valmy geeft de historische werkelijkheid scherper weer dan ‘Vrijheid, Gelijkheid en Broederschap’. Doorbraak van meer democratie maakte een einde aan het tijdperk toen de landspolitiek in handen was van een monarch met zijn groten. ‘L'Etat eest moi’ maakte plaats voor ‘La Nation, c'est nous’. Zo is ook het Nederlandse Gemenebest de vrucht van een revolutionaire tragedie die tenslotte, met gedeeltelijk succes, op staatvorming uitliep. De strijd die al te gemakkelijk ‘80-jarige oorlog’ genoemd wordt, is, althans in de eerste decennia, niet anders geweest dan de opstand van een rebelse onderdanen-groep tegen het wettige Spaanse gezag. Piet Geyl is degeen die hierop de bijzondere nadruk legde, en tevens beschreef hoe de beweging oorspronkelijk haar sterkste lanceerbasis vond, niet in het Noorden maar in het Zuiden. Ook: hoe onjuist het is, wanneer men in schoolboekjes de Unie van Atrecht beschrijft als de ‘afval’ van toekomstige ‘Belgen’, terwijl het uitsluitend de Franssprekende, Waalse aristocratie betrof. Wél is het daarentegen zo, dat, met name na de val van Antwerpen in 1585, de lotsbestemming tussen Noord en Zuid verschillende kanten opging: het Zuiden naar een slaperig bestaan onder vreemde maar vriendelijke heerschappij - de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden naar een ‘gouden eeuw’, die van korte duur was, maar in alle opzichten de wereld verraste door haar spankracht en luister. In het Noorden vergat men maar al te graag, welk een enorme impuls daarbij voortkwam uit de kring der Vlaamse en Brabantse vluchtelingen, die omwille van geloof en vrijheid aan de Spaanse greep ontsnapten. Men denkt daarbij aan figuren als de wetenschapper Simon Stevin, aan Willem Usselinckx, stichter van de Westindische Compagnie, aan de Antwerpenaar Frans Hals (die ik in een encyclopedie beschreven zie als ‘één der grootste figuren van de Oud-Hollandse schilderkunst’), of aan Vondel. Het zal bovendien menig ‘Hollands’ lezer verrassen, dat de klassieke ‘Staten | |
[pagina 144]
| |
vertaling’ het werk was van een team waarbinnen ‘die uit het Zuiden’ de meerderheid hadden. En, niet te vergeten, Lukas Bols kwam over uit de Antwerpse Kempen. ‘Oud-vaderlandser’ kan het bijna niet!... Dit hele verhaal komt goed uit de verf in het boek van Cazaux. Hij heeft al eerder gestudeerd en gepubliceerd over de Lage Landen: biografieën van Maria van Boergondië en van De Zwijger. Hij is hier dus op bekend terrein, en het is voor ons in het bijzonder interessant, te zien hoe juist een Fransman ‘ons’ verleden bekijkt. Een enkele maal is de belichting zelfs wat al te Frans, zoals bijvoorbeeld wanneer Vondel besproken wordt en het voornaamste accent daarbij valt op het feit, dat hij zich in bepaalde opzichten heeft geïnspireerd op Du Bartas. Natuurlijk is dat wel zo, maar de originaliteit van Vondel ligt toch elders. Het oorspronkelijke boek is voortreffelijk vertaald door Paul Theunissen. Hij heeft er geen bewerking van willen maken en zich tot kleine correcties beperkt. Herschrijving zou theoretisch mogelijk zijn geweest, met name in het hoofdstuk over de theologische controverse tijdens het Bestand. Of ‘de geschiedenis van Nederland’ zich heeft ‘verspild aan kwalijke twisten en debatten’, terzijde van ‘het werkelijke leven van een natie, het intellectuele en sociale leven’ - daarover kan men anders denken. Met name de denkstijl van Nederland is daardoor immers blijvend gestempeld, en dat komt onvoldoende tot uiting. Maar dat doet niets af aan de waarde van dit prachtige boek, dat zeer terecht mede ten doop gehouden wordt door de Orde van den Prince. H. Brugmans yves cazaux, De Geboorte van een Natie. De Nederlanden in de 16e en 17e eeuw, De Nederlandse Boekhandel, Antwerpen/Kok Agora, Kampen, 1985, 311 p. |
|