(het wat en het hoe ervan) de eigen persoonlijkheid van de schrijfster verraadt. Greta Seghers althans, die een ‘verslaafd’ lezer blijkt te zijn, kwam tot het besef dat zij ‘schrijvend over andere schrijvers en hun fictieve personages, in feite nog altijd over (zich)zelf schreef’ (Voorwoord, p. 7).
Greta Seghers behoort inderdaad, ook als romanschrijfster, tot de auteurs die gedreven worden door een sterk persoonlijke betrokkenheid bij hun onderwerp. Diezelfde bevlogenheid lijkt me de belangrijkste kwaliteit van deze opstellen en lezingen.
In de meeste gevallen gaat het schrijven over werk van anderen gewoon over in het schrijven over eigen werk en opvattingen (of andersom). Lezen is voor Greta Seghers een confrontatie; lezen zet aan tot vergelijking met eigen achtergronden en voorkeuren.
Opvallend en kenmerkend hierbij is een duidelijke voorkeur voor (auto)biografisché geschriften en voor het ‘psychologische portret’. Niet alleen de geschriften van de ‘verlichte vrouw’ Belle van Zuylen en van de feministische auteur Kate Chopin, maar ook het ‘verdoken leven’ van Gustaaf Vermeersch (ontdekt via het TV-docudrama) en het dagboek van Sonja (echtgenote van Lev.) Tolstoy, zetten aan tot bespiegelingen over eigen werk en familiale oorsprong.
Deze opstellen zijn dan ook op twee manieren informatief. Ze bevatten in de eerste plaats zeer veel feitenmateriaal - de essayiste heeft evenals de romanschrijfster Greta Seghers de neiging breedvoerig op de feiten in te gaan (ze is niet voor niets lerares geschiedenis) - maar ook onthullen ze veel over de eigen voorkeuren van de schrijfster; men zou het autobiografisch-kritische essays kunnen noemen, ware het niet dat de stijl ervan maar zelden echt fraai is. De taal vertoont nogal wat grammaticale oneffenheden die niet zomaar als ‘Vlaams’ vergoelijkt kunnen worden. Maar het elan dat haar
Greta Seghers (o1942).
creatieve proza kenmerkt,- is ook hier aanwezig en maakt het geheel tot boeiende lectuur. Naast de genoemde, zijn er nog stukken over Mary McCarthy, Dostojevski, Hemingway, Zelda (vrouw van Scott) Fitzgerald en Christa Wolf. In de (niet eerder gepubliceerde) ‘open brief’ aan Jeroen Brouwers gaat de schrijfster op de polemische toer en veegt ze de vloer aan met Alstein, de ‘leider’ van de zgn. ‘stille generatie’. Een verrassende pointe van een boek vol afwisseling.
Anne Marie Musschoot
greta seghers, Wat ge leest en schrijft, dat zijt ge zelf, Standaard Uitgeverij, Antwerpen/Weesp, 1985, 304 p.