Een benadering van het activisme
Dr. Maurits van Haegendoren heeft een indrukwekkende lijst van meestal vulgariserende werken over de Vlaamse Beweging gepubliceerd. Het is niet zijn enige activiteit. Dat getuigt het in 1983 verschenen boek Over volksopvoeding en staatsvorming, een kloeke feestbundel met een veertigtal opstellen uit binnen- en buitenland, n.a.v. zijn tachtigste verjaardag.
En hij blijft actief als publicist, zowel met boeken als persartikelen. Zijn Het Activisme op de kentering der tijden is beslist de moeite waard om te lezen.
Op het eerste gezicht kan de vraag rijzen wat er nog te vertellen valt over het Activisme (1914-1918), na alles wat A.W. Willemsen, H.J. Elias, Lode Wils of Luc Schepens (in zijn Koning Albert, Charles de Broqueville en de Vlaamse Beweging tijdens de Eerste Wereldoorlog, 1982) over dit onderwerp schreven. En dan waren er nog de talrijke uitvoerige biografische artikelen in Wetenschappelijke Tijdingen (o.m. van L. Buning).
Van Haegendoren had een dubbele doelstelling: enerzijds zoals hij het noemt ‘een leesbaar inzicht’ verschaffen en anderzijds het Activisme situeren in het kader van zijn tijd en niet erop reageren vanuit onze kennis van de Tweede Wereldoorlog. Hij is daar voortreffelijk in geslaagd.
Zoals Wils met een taaie vooringenomenheid (niettemin vaak revelerend) over het Activisme schreef (in zijn Flamenpolitik en Activisme, 1974), zo behandelt Van Haegendoren zijn materie met een beheerst inlevingsvermogen. Dat houdt ook verband met een stuk persoonlijke ervaring van de auteur. Op pp. 106-107 getuigt hij: ‘Het Activisme heeft vooral de jongere generatie aangesproken. Auteur dezes, scholier op het Atheneum, herinnert zich hoe een vrij aanzienlijk aantal mede-scholieren activistische propagandavergaderingen bijwoonden achter de rug van hun ouders. Zij kwamen in de ban van een Borms en van de Sublieme Deserteurs zonder daarom lid te zijn van onze jongactivistische Guido Gezellekring. Na de