den waarbij personen en situaties associatief zijn verbonden in een montage van scènes waarin personages wisselen en verschillende talen naast en door elkaar worden gebruikt. Dit levert een bijzondere voorstelling op binnen een vreemd decor.
Op de achtergrond is er een hoog oprijzende spiegelende glaswand die de suggestie geeft van een wolkenkrabber met een aanduiding voor de locatie: New York. Verder is er op de achtergrond een fauteuil van waaruit de moeder het geheel observeert. Zij is met de prostituée de enige constante figuur, zij beide spreken Engels terwijl de overige personen in verschillende rollen diverse talen spreken. In het midden op de voorgrond zijn twee stoelen met kleine tafel waaraan een man en een vrouw diverse scènes spelen. Links is er een soort balie met geluidsapparatuur als aanduiding van de studeerkamer van de talenstudent daarachter een sigarettenautomaat en in de zaal is er een uitbouw als een driehoekige punt met filmprojector. In de loop van de voorstelling wordt op een omhooggehouden wit laken een film geprojecteerd met beelden van telkens dieper gaande lijnen en figuren als een tocht in de ruimte. Verder zijn er geluidseffecten via microfoons en versterkers waardoor het gesproken woord wordt vervormd of verdubbeld met echo-effecten. Het zijn herhalingen en verdubbelingen van situaties en gebeurtenissen in verband met de belevenissen van de talenstudent in zijn studeerkamer en zijn ontmoeting met de prostituée waarbij persoonsverwisselingen en dubbelfiguren optreden en verhalende scènes worden afgewisseld met monoloog, dialoog of simultaan teksten in verschillende talen als Duits, Frans en Engels, vermengd met Hebreeuwse en Russische woorden, volgens het vertaalprocédé van de talenstudent waarbij een zin of woord niet alleen op het origineel lijkt qua betekenis maar ook qua klank. De moeder en de prostituée zijn twee constante figuren, de anderen wisselen van rol: Louis en de talenstudent, de man en de vrouw. De angsten en obsessies van Wolfson worden verbeeld, vooral zijn seksuele angst wanneer hij naakt tegenover de naakte prostituée staat en hevig trillend haar bijna zal omhelzen op de achtergrond gadegeslagen
door de moeder. Zij is de stoere, kordate vrouw die dwars door de overgevoeligheden van de zoon heenloopt. Zij houdt ook het laken omhoog waarop filmfragmenten worden vertoond.
Wolfson is als ingesponnen in een chaotische wereld vol dreiging en ondergang. In het slotbeeld ligt hij op zijn buik met een klisteerspuit in zijn achterste en een rubberen slang in zijn mond verbonden met geheimzinnige draden. Hij ligt er onmachtig in zijn innerlijke verscheurdheid.
Het stuk bevat obsederende beelden en vreemde teksten die de angst en de chaos moeten oproepen waarbij lichaamshouding en spreektrant de vervreemding vergroten. Zowel het spel van Gijs de Lange als talenstudent, Kees Hulst als Louis, Huib Rooymans en Ingeborg Loedeman als man en vrouw, de moeder van de Amerikaanse actrice M.A. Whiteside en de hoer van Jentien de Boer als het decor en kostuums van Paul Gallis leverden een vreemdsoortige voorstelling op waar je als toeschouwer verrast en geboeid naar bleef kijken, zonder alle diepere bedoelingen direct te kunnen bevatten. Na een keer gezien te hebben, blijft er veel te raden over, maar men is getuige geweest van een hoogstandje op theatraal gebied met onthutsende en verwarrende beelden, geheel in de lijn van de regieopvatting van Gerardjan Rijnders die van zichzelf getuigde: ‘Ik ben niet meer geïnteresseerd in het regisseren van toneelstukjes, in het navertellen van een verhaal’. Hij gaat nu free-lance regisseren bij nieuwe produkties voornamelijk in Amsterdam en voor de VPRO-televisie.
Piet Simons