‘Scherzo’. In de vierde scène ontdoet Hamlet zich van masker en kleren. Hij zegt: ‘Ik speel geen rol meer’ en hij spreekt zijn afschuw uit over alles wat de mens heeft aangericht. Hij wil een machine zijn en machinaal doorklieft hij met een bijl de op dozen geschilderde hoofden van Marx, Lenin en Mao. In de vijfde scène spreekt Ophelia van uit een rolstoel omgeven door mannen in doktersjas, zij noemt zich Electra: ‘Ik neem de wereld terug die ik gebaard heb.’ en ze eindigt met de uitroep: ‘Leve de haat, de verachting, de opstand, de dood. Als ze met vleesmessen door uw slaapkamer gaat, zult u de waarheid weten’.
Daarmee eindigt het korte zwarte drama waarin de hele mensheid word afgeschreven. Boven de laatste scène staat als decoraanwijzing aangegeven: ‘Zeebodem. Ophelia in een rolstoel. Vissen puin lijken en stukken van lijken drijven langs’. De ondergang is volledig, het kankerbloed heeft langs de ramen gevloeid. De hele geschiedenis is in flarden gepasseerd met verwijzingen naar figuren uit de literatuur en de historie. Ophelia in haar laatste rolstoel-monoloog: ‘Ik stoot al het zaad uit dat ik heb ontvangen’ (vertaling Martin Hartkamp).
Hoe speel je zo'n drama van het totale doodvonnis, van totale zelfvernietiging?
Joost Sternheim typeert de Globe-opvoering: ‘In Globes versie van de Hamletmachine wordt het publiek tot muurbloempjes gemaakt in een apocalyptisch carnavalsavondje, een privéfeestje dat eigenlijk geen enkel publiek nodig heeft’.
Ik denk dat dat een in vele opzichten juiste typering en karakterisering is van het hele stuk en dat de opvoering van Globe een legitieme poging was om dit verwarrende spektakel te tonen. Ik voelde me daarbij allerminst als een muurbloempje maar eerder als bedreigd door het zweet en het bloed en de confetti en de zwaaiende bijlslagen en het gedrang van om me heen sjouwende figuren. De verwarring was compleet. En achteraf de tekst teruglezend kun je je afvragen: speelt misschien Heiner Müller niet vals door een zo duister geestesspooksel op het toneel gestalte te willen geven want het bevat zo iets als de atoombom over het hele menselijk bestaan.
Jac Heijer zag en besprak in de N.R.C. 10 juni jl. een andere opvoering van ‘Hamletmachine’ onder regie van Jan Decorte door ‘Het Trojaanse Paard’ uit Antwerpen. Hij vond die veel strakkere opvoering beter geslaagd dan het ‘Globe’ experiment, maar Decorte had kennelijk het einde veranderd waardoor er nog een soort hoopgevende doorbraak mogelijk is, bovendien zou er een duidelijke anti-stalinistische tendens in te onderkennen zijn geweest. Beide elementen ontbraken volkomen in de Globe-versie. Helaas heb ik de Belgische opvoering die ook in Amsterdam te zien is geweest niet meegemaakt, zodat ik dus niet kan vergelijken, maar de Globe-voorstelling heeft mij wel lang beziggehouden, vals spelend of niet.
En nu maar afwachten wat het nieuwe seizoen brengt, want op het ogenblik dat ik dit schrijf, is dat nog niet begonnen. Wel zijn al aankondigingen van te spelen stukken. Zo gaat Globe ‘Pericles’ van Shakespeare spelen en o.a. een tweetal Nederlandse stukken nl. ‘Het chemisch Huwelijk’ van Gerrit Komrij en ‘Eczeem’ van Gerardjan Rijnders die ook de regie voerde van ‘Hamletmachine’ en die ook dit seizoen weer diverse stukken bij Globe regisseert. Verder hoopt men voor het Holland Festival 1983 met een eigen versie van de musical ‘South Pacific’ te komen.
De toneelgroep Centrum heeft altijd veel voor eigentijdse Nederlandse produkties gedaan en dit seizoen brengt het zeven Nederlandse stukken waaronder ‘De Verzoeking’ van Hugo Claus en een bewerking van ‘Schandaal in Holland’ van E. du Perron door Jeroen Brouwers. Ook de andere groepen en gezelschappen bieden nogal wat variatie zolang de subsidiekraan openblijft. Dus vol verwachting het nieuwe seizoen in.
Piet Simons.