plaats zijn voor de leraren Nederlands in Noord-Frankrijk.
6. De gemeenschappelijke historische, sociale, economische en maatschappelijke problemen krijgen bijzondere aandacht.
7. Samenwerking met de lokale organisaties voor immigranten. Deze immigranten zijn immers belangrijk als levende band met het moederland.
Wat we hierna van het paneel te horen kregen was niet wereldschokkend. Over het ‘Commissariaat-Generaal van de Nederlandse Cultuurgemeenschap in België voor de buitenlandse samenwerking en het Taalunieverdrag bleek men niet tot een echt diepgaande gedachtenwisseling in staat te zijn. Toen het gesprek zich meer op het Vlaams Huis toespitste, werd een zelfde onmacht al vlug duidelijk. Kortom, het zullen wellicht de leden van het paneel zelf geweest zijn die de meest interessante informatie doorgespeeld kregen via de Frans-Vlamingen en de moderator. De Minister van Nederlandse Cultuur Rika de Backer leidde uit wat deze laatsten gezegd hadden af dat er voor het Vlaams Huis te Rijsel geen gebrek aan inspiratie is. De Minister wees ook even op de recente moeilijkheden met en tegenkantingen tegen de ‘huizen-politiek’. Er wordt al eens beweerd dat men het geld dat men voor de huizen uittrekt beter aan de cultuur in eigen land zou spenderen, of dat het om één elitaire bedoening gaat, of nog dat men effenaf een te hoge prijs voor dat alles betaalt. Tegen deze bezwaren in stelde Mevrouw De Backer nogmaals duidelijk dat men met de oprichting van deze huizen een optimale culturele integratie ambieert. Het slotwoord werd uitgesproken door Dr. Daniël Merlevede, voorzitter van het KFV.
Ter gelegenheid van de 33e Frans-Vlaamse cultuurdagen liep ook nog de tentoonstelling Hedendaagse Vlaamse schilderkunst: fantastiek. Philippe Despriet exposeerde rond het thema De commanderie van Kaaster en Mevrouw Loosen uit Steenvoorde rond Oude Vlaamse klederdracht. Ook de volkskunstgroep De Haeghedoorn uit Hazebroek was van de partij.
● Ter gelegenheid van het 8e Wereldcongres van de Internationale Vereniging ter Verdediging van Bedreigde Talen en Culturen te Belle (24-27 juli 1980) werd door de Frans-Vlamingen een resolutie o.a. ten voordele van het onderwijs van het Nederlands in Frans-Vlaanderen opgesteld. Om een eind te maken aan de discriminatoire behandeling van de Frans-Vlamingen vraagt men de Franse regering de volgende minimale maar urgente maatregelen te treffen:
‘... 1. Formation des maîtres prenant en compte le fait culturel flamand; d'une part création d'un centre pluri-disciplinaire d'études flamandes, et d'autre part organisation de stages de perfectionnement rémunérés.
2. Prise en considération du flamand dès l'école maternelle dans une pédagogie ouverte et active.
3. Introduction du néerlandais, forme culturelle du flamand, à l'école primaire à raison d'une heure par semaine dans les horaires normaux, selon les dispositions des textes relatifs à l'enseignement des langues régionales parus en 1970, 1971 et 1976.
4. Mise en place d'un enseignement de l'histoire locale en français à tous les niveaux.’
Aan Beullac, de Franse minister van Nationale Opvoeding, werd een telegram gestuurd waarin de bestaande toestand gelaakt wordt en waarin hij gevraagd wordt het nodige te doen om de culturele rechten van de Frans-Vlaamse minderheid op het vlak van het onderwijs van het Nederlands te normaliseren.
● Van 11 oktober tot 12 december 1980 ontvangen Rijsel en een 12-tal steden in de regio het Festival de Lille 1980. Deze groots opgezette manifestatie kan je best vergelijken met het Festival van Vlaanderen bij ons. Het gaat hier niet om een exclusief muzikale aangelegenheid, ook cinematografische vertoningen, conferenties, excursies, geleide bezoeken... zijn in het programma opgenomen. Hoe eclectisch en multiform het festival ook is, toch kunnen vrijwel alle manifestaties onder het dubbele thema ‘1880-1900: avant-hier le présent’ en ‘Aujourd'hui le futur: 1980-2000’ geplaatst worden. Het is de bedoeling een parallel te trekken tussen beide periodes vóór de eeuwwisseling. Onnodig te zeggen dat de organisatoren de beste verwachtingen hebben van de 206 manifestaties die het festival biedt. Meer inlichtingen krijg je via Festival de Lille, Palais Rihour, Place Rihour, F-59800 Lille.
● De 11e André Demedtsprijs werd toegekend aan het Volkstoneel voor Frans-Vlaanderen uit Westouter onder leiding van Flor Barbry. Het Volkstoneel treedt reeds 25 jaar lang op in Frans-Vlaanderen en is daardoor voor het behoud van de Nederlandse volkstaal en karakter van dat gebied van grote betekenis.
● Onder de titel Vlaams Huis in Rijsel mag geen eiland worden verscheen in het dagblad De Standaard van 2 oktober 1980 een uitgebreid interview van Gaston Durnez met Jozef Deleu over het debat i.v.m. het Vlaams huis te Rijsel dat onder zijn leiding werd gehouden op de 33e Frans-Vlaamse kultuurdag te Waregem. In het interview wordt dieper ingegaan op de organisatie, de functie en de betekenis van zo'n cultuurhuis in het buitenland. Meer bepaald licht J. Deleu de constanten toe die hij heeft gedistilleerd uit een onderzoek naar de werking van het Maison Descartes, het Goethe Instituut, het British Council en het Instituto Italiano. Hij onderstreept de blijvende functie