1. Johan Gobert: ‘De verzamelaars’.
2. Johan Gobert: ‘De bloedzuigers’.
tekent de bedreiging van de dood, die de Tsjech nog ervaart. Minder luguber schildert hij een bijeenkomst van drie vrienden, waaronder hemzelf en Joe van Rossem, maar het werk tekent de manier waarop zij hun samenzijn beleven en Gobert zelf staat tweemaal in het beeld omdat zijn ‘geestelijk ik’ het tafereel vanop afstand gadeslaat.
Het oorspronkelijke realisme is volledig verdrongen door de naieve compositie, eigen aan gedachteschilderijen.
In de tentoonstelling van 1978 bij Vyncke-Van Eyck is de verzameling satirisch-kritische allegorieën overweldigend door stijl en boodschap. De eigenaardige vervorming van de menselijke figuur die we in de spitse gezichten van de feestgangers uit de reeks over de ‘Gentse feesten’ van 1976 al aangekondigd zien, is nu een typische Gobert-stijl geworden. De karikatuur is demonisch en contrasteert scherp met de figuur van de kunstenaarziener, de buitenstaander, de ‘andere’. De verzamelaars, pastel en olie op vezelplaat (1,40 × 1,70 m.), is als allegorie zeer duidelijk. Op de achtergrond de geldbeleggers die de kunst ‘gebruiken’ en ervan leven, op de voorgrond de man met een eigen poëtische wereld. Let op het oog van de ziener, de duiven, het marginaal kostuum, het wit van de ogen, de sigaret. De satiricus en moraliserende verteller heeft eigen symbolen voor inzicht en weten.
In De bloedzuigers, krijt en olieverf op paneel (1,20 × 1,50 m.), en Onze heilige vader (zelfde afmetingen en materiaal), is de agressiviteit ten top gedreven, waarmee een eindpunt in deze richting wordt bereikt. De jaren 1978 en 1979 staan in het teken van een bredere allegorische omschrijving van de eigen levensmogelijkheden in de beperkte, zelfgekozen groep van marginale vrienden.
In Strange Things, olie en pastel op eik (1,20 × 1,50 m.), is de kunstenaar met zijn drie hoofden de kern van een groep die zijn aandacht opeist, maar waar geen contact bestaat. In de rechter bovenhoek bekijkt het geestelijke ‘ik’ (doorschijnend) deze levenden met een rust die de betrokkenen niet opbrengen.