minuten; een ongelooflijke aanslag op hun creatieve reservoir. Terwijl alle podiumgroepen een kleine twee jaar doen met één theatershow van ± twee uur, moeten Van Kooten en De Bie elke anderhalve maand een nieuw programma (2 × 50 minuten = ± 2 uur) maken. Het is echter een opdracht die de beide heren simplisten zichzelf hebben gesteld. Op die manier maaien ze veel gras weg voor hun eigen voeten en die van de collega's, maar dwingen zichzelf tot permanente vernieuwing. Koot en Bie bereiken in één uitzending hun hele publiek via het meest doeltreffende medium dat de wereld momenteel kent. Het hanteren van dat medium is één van de meest essentiële ‘vorm’ vernieuwingen die Koot en Bie het cabaret hebben gebracht.
Maar die ‘vorm’ vernieuwing staat in direct verband met de actualiteit van hun Simplistisch-Verbond-uitzendingen. Als iets de vinger aan de polsslagader van het modernistisch Nederland heeft, dan is het Het Verbond. Trends worden perfect geïmiteerd, geanalyseerd en van een etiket voorzien ; modieus gedrag wordt genadeloos aan de kaak gesteld, video-opnamen met trefzeker commentaar tonen de ‘vertrossing’ en debilisering van de Nederlandse televisie, schijnheiligheid en pseudo-progressiviteit gaan genadeloos voor de bijl; maar tegelijkertijd zien Van Kooten en De Bie kans de problemen van de mens in deze complexe, geïndustrialiseerde, geautomatiseerde en vercommercialiseerde samenleving in beeld te brengen. De worsteling van die mens met nieuwe apparatuur en ontwikkelingen is in wezen niets anders dan een moderne vertaling van het traditionele gevecht van de clown met de voorwerpen. Dit alles gebeurt met een maximale spanning tussen act en referentiekader.
Tegelijkertijd is de grens tussen spel en de realiteit van de wereld van Kees en Wim zelf moeilijk te trekken. De authenticiteit van het gevecht is onmiskenbaar. Koot in strijd met agenda's is ook altijd Van Kooten zelf naast Van Kooten die iemand in gevecht speelt. Bie die de onweerstaanbare behoefte voelt met een luchtbuks doel te schieten, lijkt iets van de dwangmatigheid van de echte De Bie te tonen. De trends worden niet alleen aan de kaak gesteld, we zien ook Van Kooten en De Bie voortdurend worstelen om zelf niet het slachtoffer te worden.
Van Kooten en De Bie's imitatievermogen, zoals gezegd, is perfect. Zij maken bij de exploitatie van dit talent dankbaar gebruik van de mogelijkheden van het t.v.-medium. Imitatie is bij hen geen genre-stukje, waarin een politicus of een bekend personage wordt nagedaan - een traditioneel cabaretnummer -, hun imitaties kennen hun eigen werkelijkheid. Het Simplistisch Verbond op sensitivity-training liet een perfecte weergave zien van dat soort trainingen en was tegelijkertijd ook de grootst mogelijke ironisering ervan, terwijl het feit zelf, Koot en Bie op training, uitstekend paste in de historie van hun samenwerking. De twee Haagse figuren Jacobse en Van Es, zoals vaker bij Van Kooten en De Bie, een duidelijke evolutie doormaken wat betreft hun functie in het programma - iets wat men tevergeefs zoekt bij bijvoorbeeld de Dik-voor-mekaar-figuren van André van Duin -, hebben Van Kooten en De Bie inmiddels in staat gesteld de ‘zwijgende meerderheid’ in hun programma aan het woord te laten en zo het commentaar van de doorsneekijker op hun programma in de uitzending in te bouwen en te neutraliseren, er op vertrouwend dat Jacobse en Van Es zichzelf wel belachelijk zullen maken.
Met dat al is er sinds hun terugkeer bij Van Kooten en De Bie een neiging te bespeuren naar directer en vaak ook politieker commentaar. Een ontwikkeling die zeker noodzakelijk is, maar waarin zij erg alleen zullen komen te staan, nu Neerlands Hoop van de Nederlandse podia is verdwenen.
Neerlands Hoop was de romantische pendant van de in zekere zin superrationele Van Kooten en De Bie. Men moet die romantiek niet verwarren met het sentimentalisme van Van Veen, hoewel zij zeker niet van sentimentalisme gespeend bleef.
Toneel en met name cabaret was voor Neerlands Hoop ‘Achter de facade van glitter en goud’. oftewel mooi-doen, leuk-zijn, terwijl men innerlijk lijdt; clownzijn ondanks zichzelf, zoals Douwes Dekker, Nederlands grootste moralist, schrijver was ondanks zichzelf. Het romantische beeld van de clown die zijn publiek aan het lachen maakt terwijl zijn kind sterft in de coulissen.
De kerstverhalen van De Jonge hebben dan ook altijd die ondertoon van ellende en verdriet en lopen nooit goed af: het genre ‘meisje met de zwavelstokjes’.
Uit die romantische houding ontstonden de sick-jokes van De Jonge: een laatste poging dingen te verwerken die bijna niet te verwerken zijn, zoals dood, gebreken, ongelijkheid. Bij liedjes, gezongen door Vermeulen, leidde dat vaak tot een onverteerbaar sentiment op progressieve grondslag.
Vanuit die romantische houding ook heeft Neerlands Hoop altijd gekozen voor minderheden, zwakkeren, sociaal-maatschappelijk niet geaccepteerden. Kinderen die het thuis of elders niet leuk hebben, waren een regelmatig terugkerend onderwerp; negers, door De Jonge vertolkt of verteld, figureerden te pas en te onpas in de verschillende programma's; geestelijk- en lichamelijk gehandicapten bleken een vast punt: De Jonges opkomst in een rolstoel (Neerlands Hoop Express) was een voorbeeld van het proberen te door-