geïllustreerd boek, kan zich met dit werk niet miskopen.
Ik vermeldde reeds de bijzonder knappe inleiding van professor R. van Caeneghem. Het is een stuk dat een ereplaats verdient in een geschiedenis van het graafschap Vlaanderen, en het is geschreven met een zwier en een sierlijkheid in taal en stijl die men niet altijd bij historici aantreft. Ook de bijdrage van Luc Devliegher werkt bijzonder verhelderend en is onmisbaar voor het goede begrip van de tekst. Waarom heeft men deze bijdrage niet vóór de tekst van Galbert afgedrukt? De korte bijdrage van Prof. A. Derolez heeft met het boek eigenlijk weinig te maken.
En tenslotte is er de vertaling van drs. A. Demyttenaere. Het is een vlotte tekst, waarbij de bekommernis van de vertaler gaat naar het schrijven van een genietbare moderne versie, waarbij de ellenlange Latijnse periodes opgedeeld worden tot leesbare Nederlandse zinnen. Bovendien wordt de keuze van sommige woorden in voetnoot gerechtvaardigd, of wordt er een variante aangeduid, als de vertaling van dit 12e-eeuwse Latijn problemen stelt. Het is dus een ernstige en eerlijke vertaling. Ofschoon ik geen specialist van het middeleeuwse Latijn ben, heb ik toch uit nieuwsgierigheid, willekeurig één hoofdstuk uitgekozen om de Nederlandse vertaling te vergelijken met de Latijnse tekst, de vertaling die algemeen als de best wordt aangezien, namelijk deze van J.B. Ross in het Engels, en de Franse vertaling van J. Gengoux, die afgedrukt werd in de Franse uitgave van dit boek bij het Mercatorfonds. Deze vergelijking leert mij dat Demyttenaere getrouw de tekst van Galbert vertaalt, maar dat sommige nuances verloren gaan. Ik geef 5 voorbeelden uit dit éne 11e hoofdstuk:
1. ‘dederunt dexteras in invicem, ut traderent consulem’
‘ze sloegen de handen ineen met het doel de graaf te verraden’ - they gave their right hands to each other as a pledge that they would betray the count’ - ‘ils se donnèrent mutuellement la main droite, faisant serment de trahir le comte’.
In de vertaling van Demyttenaere gaat het ritueel van de samenzweerders verloren (zij gaven elkaar de rechter - niet de linker - hand).
2. ‘At puer nobilis animi virtute precautus’
‘De jonge man, de edele borst, was op zijn hoede’ - ‘But the noble young man, forewarned by the virtue of his soul’ - ‘Mais le noble jeune homme, que la vertu de son âme rendait méfiant’.
Ross en Gengoux duiden beter aan dat het door de adel van zijn gemoed is, dat hij op zijn hoede is.
3. ‘donec jussu ipsius coactus’
‘voor hij op zijn bevel en onder dwang’ - ‘until by the pressure of his authority’ - ‘aussi longtemps que, contraint par ses ordres’.
Het gaat duidelijk om de morele druk van het bevel, en niet om de dwang (van de proost).
4. ‘Statim prepositi blanditiis et minis juvenis circumventus’
‘Onmiddellijk dreef de proost hem met beloften en dreigementen in het nauw’ - ‘The young man, quickly influenced by the flattery and threats of the provost’ - ‘Le jeune homme, circonvenu par les flatteries et les menaces du prévôt’.
Beloften zijn er niet, wel vleierijen, en zij drijven hem niet in het nauw, maar beïnvloeden hem.
5. ‘et quid negotii contra morem, illa noctis tempestate, agerent’
‘en wat ze in het holst van deze nacht voor misdadigs in hun schild voerden’ - ‘and what sort of business they were carrying on at that time of night, contrary to custom’ - ‘et de quelle sorte d'affaire ils traitaient à cette heure insolite de la nuit’.
Demyttenaere heeft het over misdadige plannen - wat ze inderdaad zijn. Galbert spreekt van ‘ongebruikelijke handelingen’.
Voor de gewone lezer maakt dat alles weinig verschil uit, ik geef het graag toe, maar een wetenschappelijke uitgave stelt toch wel andere eisen. Daarbij betreur ik, dat de nu haast onvindbaar geworden Latijnse tekst van dit werk, zij het in kleine letter achteraan in het boek, niet werd opgenomen. In een wetenschappelijke uitgave was dit stellig verantwoord.
Maar alles bijeen beschikken wij nu eindelijk over een goede vertaling, in een prachtige uitgave, van één van de Middeleeuwse teksten waarvan het belang, dat is duidelijk voor iedereen die het boek leest, ver over onze grenzen strekt.
En hopelijk zal het sukses van dit boek één of andere Vlaamse uitgever eindelijk doen inzien dat er nog plaats is voor een pocketuitgave van deze - en enkele ander - voorname teksten, die tot het Vlaamse patrimonium behoren, en die men tot nog toe alleen in Franse, Amerikaanse of Duitse uitgaven kan raadplegen.
Luc Schepens.
Galbert van Brugge, De Moord op Karel de Goede. Dagboek van de gebeurtenissen in de jaren 1127-1128. Vertaling uit het latijn A. Demyttenaere. Iconografie A. Derolez en L. Devliegher. Direktie en historische inleiding R.C. van Caeneghem, Antwerpen, Mercatorfonds, 1978, 4o, 274 p., ill. Prijs: 2.900 BF.