De Franse Nederlanden
5e Frans-Vlaamse Veertiendaagse te Nieuwpoort.
Met de wens in het Europa van morgen allen als Vlamingen te kunnen samenwerken en dit zonder verdacht te zijn binnen de nationale staten, opende voorzitter Maurits Coppieters van de Cultuurraad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap op 7 april 1979 de 5e Frans-Vlaamse Veertiendaagse te Nieuwpoort. Deze lustrumuitgave (7 april - 22 april 1979) richtte de kijker op het Vlaamse stadje Steenvoorde.
Het was mevr. Moortgat, voorzitster van de plaatselijke kulturele raad, die op de openingszitting de verwelkoming voor haar rekening nam en ook de toelichting gaf bij de tentoonstelling. In de autochtone streektaal hield eerste schepen van Steenvoorde P. Degryck een restrospektieve beschouwing over het Nederlands te Steenvoorde. Om de verwantschap tussen zijn regio en de rest van Vlaanderen te illustreren, diepte hij een aantal anekdotes uit het verleden op waaruit moest blijken hoe imaginair de grensscheiding altijd al geweest is. Op diezelfde verwantschap alludeerde burgemeester Georges Mommerency van Nieuwpoort. Hij merkte terecht op dat de oprichting van een Nederlands Huis nog steeds een dwingende eis is en stelde de vraag wat de kultureel autonome Vlamingen ervan weerhoudt tot realisering van de bestaande plannen over te gaan. Zou dit werkelijk zo'n heet hangijzer zijn om aan te vatten? Toen kwam voorzitter M. Coppieters die in de geest van een verenigd Europa voor het Vlaams kultuurparlement op nog meer bevoegdheden rekende. Die in Europa geloven, zijn geen utopisten, maar de enig waarachtigen. De veertiendaagse gold voor hem dan ook als een geloofsakte in Europa.
Op het programma van de veertiendaagse stonden o.a. nog een avond rond René Despicht met Raf Seys als woordvoerder en een informatieavond Duinkerke en Frans-Vlaanderen door P. Ruysschaert. Het Volkstoneel voor Frans-Vlaanderen o.l.v. Flor Barbry bracht een opvoering van De Molen van Sans-souci. De andere aktiviteiten waren eveneens op het volkse en ludieke afgestemd.
Luc Verhaeghe.