met korte stiltes binnen de dialogen. Een aangrijpende huiselijke tragedie vooral o.a. in de moeder-dochter-scène waar de intriestheid hartverscheurend op je afkomt.
Na de pauze was er naar mijn gevoel een te wat kluchtig gespeelde ouwbollige vriend die dan wel te sterk kontrasteert met de ingehouden spanning van het voorafgaande en de fatale afloop. Naar mijn gevoel een wat geforceerde draai, dat derde bedrijf, de ontknoping heeft een wat melodramatisch effekt, terwijl een open einde misschien suggestiever had gewerkt.
Tweede jaartal 1746: eerste opvoering in Venetië van De knecht van twee meesters van C. Goldoni, nu anno 1979 in een fantastische opvoering door de toneelgroep Ro., tekstredaktie van Ernst van Altena, regie Franz Marijnen, dekor J.M. Fiévez, kostuums Dagmar Schauberger.
Dekor: een grote open donkere ruimte, in de diepte licht en sneeuwval, figuren, rook, daaruit komt naar voren een zwerver, uit de lucht komt een fiets voor de zwerver, een figuur met een aanhangwagentje daarop een koffer, zwerver fietst met aanhangwagentje en koffer met daarop figuur in lange jas weg. Doek valt. Licht gaat aan in de zaal en een bont gezelschap komt vanuit de zaal op met in hun midden een draagstoel waarop achter gordijntjes een meisje. Fanfaremuziek. Gezelschap op toneel, doek open en bediendes staan klaar, meisje in draagstoel achter gordijntjes wordt uitgehuwelijkt. Pantalone, vader van meisje onderhandelt met Dottore, vader van as. bruidegom. Alles is in rep en roer, plaats van handeling: Venetië, maar de moeilijkheden beginnen pas goed bij binnenkomst van fietsende zwerver met zijn meester(es) die op zoek is naar haar verdwenen minnaar die is gevlucht omdat hij in een duel haar broer heeft gedood. De moeilijkheden stapelen zich op als een nieuwe vreemde heer achter paraplu zich aandient en Truffaldino, de fietsende zwerver, zich ook in zijn dienst stelt en dus inderdaad knecht van twee meesters wordt. De rest van het verhaal zal ik u besparen, de meest vreemde situaties ontstaan maar natuurlijk eind goed al goed. En op het laatst wijkt het hele dekor en het bonte gezelschap in de donkere ruimte naar achter, terwijl Truffaldino, de knecht, vanuit de zaal weer in een lichtbaan op het toneel naar het verdwijnend gezelschap toeloopt. Maar alles wijkt als in een bizarre droom en de zwerver pakt zijn fiets en racet het toneel af. Doek.
Zo enkele gegevens van deze bijzonder geënsceneerde voorstelling met vele regievondsten, zoals het reeds aangegeven begin en einde, alsof het geheel een droom van de knecht is, een schelmenverhaal in Venetië. Een bijzonder staaltje van komedie is natuurlijk in het stuk zelf de bekende eet-scène waarin de knecht gelijktijdig zijn twee meesters moet bedienen. Ik heb het jaren geleden door Peter v.d. Linden voortreffelijk zien spelen, maar in deze enscènering had men er nog een grotere troep van gemaakt met lopende band toestanden waarop de gerechten werden aangevoerd.
Een knap staaltje van spel en regie was ook de kofferscène waarin de inhoud van de twee koffers van de twee meesters wordt verwisseld. Hier had men een geweldige paraplu-seance van gemaakt en daarmee komt de intrige aan zijn ontknoping want daarna vallen de twee ‘meesters’ in elkaars armen. Nog vele andere taferelen in komische speelsheid en raffinement, zoals een strandscène met het lang-gebeende meisje en de ontblotingsscène waarin de ene meester aantoont dat ze een vrouw is nl. Beatrice die op zoek is naar haar gevluchte minnaar.
Kortom een zeer amusante, bijzonder inventief geregisseerde, gekostumeerde en ‘gedekoreerde’ voorstelling, waarvan het voor een groot deel jeugdige publiek volop genoot. Goldoni kan tevreden glimlachen op zijn voetstuk naast de San Marco in Venetië.
Tenslotte verder terug in de toneelgeschiedenis: 1635 publikatie van het stuk Het leven een droom van de Spaanse auteur P. Calderon, het werd gespeeld door de Haagse Comedie in vertaling van Dolf Verspoor, onder regie van Pierre Laroche.
Het stuk bevat het wat absurde of misschien allegorische verhaal van een koning die zijn zoon, de kroonprins, vanwege slechte voortekenen bij zijn geboorte in een kerker laat opsluiten. Er volgen ingewikkelde spekulaties rond de troonopvolging. De koning laat zijn zoon een keer vanuit zijn kerker overbrengen naar het hof, maar deze gedraagt zich dan zo onbehouwen dat hij weer teruggevoerd wordt naar zijn gevangenis, waar het gebeurde aan het hof hem als een droom voorkomt. Tenslotte wordt de kroonprins door opstandige soldaten uit zijn kluisters bevrijd en hij herstelt orde en rechtvaardigheid in het rijk, trouwt met prinses Stella, en ook voor de in de steek gelaten en in mannenkleren achter haar minnaar aanreizende prinses Rosaura komt de vereniging met haar geliefde. Met deze prinses in mannenkledij en haar knecht begint het drama wanneer zij als haar paard is ontvlucht in de kloof een ontmoeting heeft met de gekooide prins.
Een gemeenschappelijk motief dat zowel in De Knecht van Goldoni als in dit stuk van Calderon voorkomt is het meisje dat zich in mannenkleren vermomt om zo op zoek te gaan naar haar geliefde. Een motief waarover Wiel Kusters i.v.m. achttiende-eeuwse en latere romans heeft geschreven in De Revisor, jrg. V, nr. 5