Ons Erfdeel. Jaargang 21

Het onderwijs van het Nederlands in Frans-Vlaanderen.

Op initiatief van prof. W. Thys, hoofd van de Nederlandse afdeling aan de Université de Lille III (Staatsuniversiteit voor Menswetenschappen, Letteren en Kunsten te Rijsel) en als gevolg van een mandaat hem in 1977 verleend door de jaarlijkse vergadering van docenten Nederlands in het noorden van Frankrijk, werden er in de jongste maanden stappen ondernomen ter uitbreiding van het onderwijs van het Nederlands op de middelbare scholen in het Noorderdepartement. Bij deze operatie werden eveneens betrokken: de president van de Université de Lille III, prof. P. Rafroidi, de Belgische Consul-Generaal te Rijsel, W. Dhaene, de Nederlandse Consul J. Destailleurs, evenals Mej. Cl. Kirschen, Ambassaderaad voor Culturele Zaken bij de Belgische Ambasade te Parijs en J.C. van Praag, Nederlands Cultuurattaché en tevens direkteur van het Institut Néerlandais in Parijs. Spil van de kampagne was het Rectoraat van de Rijselse Academie o.l.v. de Rector, M. Niveau, tans Kabinetsdirekteur van de Franse Minister van Nationale Opvoeding. De operatie is begonnen met twee vergaderingen op het Rectoraat, respektievelijk in januari en februari 1978, waarna W. Thys onder auspiciën van het Rectoraat, van februari tot juni kontakten heeft gelegd met tientallen direkteurs van kolleges (lagere cyklus van het m.o.) en provisors van lycea (hogere cyklus van het m.o.) tussen Rijsel en Dumkerke en zelf ook een aantal scholen is gaan bezoeken.

Als eerste resultaat hiervan werd onlangs door de nieuwe Rector Touchard besloten om met ingang van het (intussen al begonnen) schooljaar 1978-1979 aan de drie staatsinstellingen waar al sedert enkele jaren Nederlands wordt onderwezen, nl. het Collège aan de avenue Jean Moulin in Belle, het Collège ‘Robert Schuman’ in Halewijn en het Lycée ‘Auguste Angellier’ in Duinkerke, er vijf toe te voegen. Deze vijf zijn het Lycée ‘Paul Hazard’ in Armentiers (4 uur per week), het Collège aan de rue Hoche in Coudekerque-Branche bij Duinkerke (4 uur p.w.), het Lycée Pasteur en het Lycée Fénelon te Rijsel (elk 5 uur p.w.) alsook het Lycée aan de boulevard Gambetta in Tourcoing (4 uur p.w.). Het onderwijs aan het Lycée Angellier wordt gekonsolideerd en bedraagt zoals voorheen 9 uur per week. Voor al deze nieuwe taken zijn de leraars inmiddels al aangesteld. Vooral belangrijk is dat er tans voor de eerste maal Nederlands onderwijs komt in Rijsel zelf en wel aan twee lycea tegelijk. Dat verstevigt de

[p. 778]

band tussen het Nederlands bij het middelbaar en bij het hoger onderwijs in de hoofdstad van Frans-Vlaanderen. Het bevordert tevens de doorstroming, zowel van het middelbaar onderwijs naar de universiteit (studenten) als van de universiteit naar het middelbaar onderwijs (leraars), vooral nu de universiteit van Rijsel sedert 1977 in Frankrijk de enige is waar men de licentie Nederlands kan behalen. De eerste twee Franse licentiaten in de neerlandistiek, mevrouw M. Boïs-van Meeuwen uit Amsterdam en Fr. Persyn uit Rijsel, werden in juni 1978 afgeleverd en wellicht - maar cijfers zijn ons nog niet bekend - zullen er na de tweede zittijd nog meer gevolgd zijn.

Met ingang van 1978-'79 zal de Université de Lille III nu ook de ‘maîtrise de néerlandais’ (vierde jaar hoofdvakstudie) mogen uitreiken. Dat brengt mee dat vanaf het huidige akademisch jaar (1978-1979) 45 uur Nederlands per week zullen worden onderwezen (waarvan 10 bij de Education Permanente) o.l.v. prof. Thys, bijgestaan door acht medewerkers. Bovendien zullen in de loop van het akademisch jaar een twintigtal hoogleraren en andere specialisten in de neerlandistiek uit België, Frankrijk en Nederland gastkolleges voor de matrisestudenten komen houden. De recente oprichting aan de universiteit van een Centre d'Etudes néerlandaises (Flandre et Pays-Bas), zal ongetwijfeld bijdragen tot een verdere versteviging van het onderwijs en tot een betere uitstraling van de Nederlandse kultuur in het hele gebied van de Académie de Lille (de departementen Nord en Pas-de-Calais). Anderzijds wordt nu reeds, in nauwe samenwerking met de Inspection Académique, volop gewerkt aan de verdere uitbreiding met ingang van het schooljaar 1979-1980, van het Nederlands bij de kolleges en de lycea.

Werner Duthoy.