Het gezin in Vlaanderen.
Het gezin in Vlaanderen vertoont al de bekende kentrekken van het modern westerse gezin, veel eigens is er niet meer aan. Dat is de eerste konkluzie die zich opdringt bij de lektuur van de jongste publikatie van de Leuvense gezinssocioloog Prof. Dr. Wilfried A. Dumon. De titel van dit werk is dan ook enigszins misleidend. De auteur verwerkt wel wat statistisch materiaal maar over de sociologische grondslagen van het Vlaamse gezin vernemen we niet zoveel.
Het boek van Dumon heeft andere kwaliteiten. Het is geschreven in een menselijke taal en geeft een goed uitgetekend beeld van het huidige gezin. Met veel inzicht en niet minder humor geeft de auteur in een eerste hoofdstuk zijn visie op de rol van de man en de vrouw in het moderne gezin. Soms iets te veel in kauseriestijl (in dit boek zijn overigens, naar ik meen, enkele van zijn bekende kauserieën verwerkt) maar altijd origineel verwoord en boeiend. Wel zal het jonge gezin zich niet altijd in het geschetste beeld herkennen, daarvoor zijn de rollen te streng afgelijnd, maar het rijpere echtpaar met opgroeiende kinderen zal zich in de beschrijving van de rol van de echtgenoot-vader en de echtgenotemoeder des te beter terugvinden.
Over de groei naar een meer symmetrisch gezin en de nieuwste ontwikkelingen die te onderkennen zijn, schrijft Prof. Dumon in het tweede en vierde hoofdstuk bijzonder pertinente dingen. Bijvoorbeeld over het gezin met uithuizige kinderen, over alternatieve gezinsmodellen, over de huismoederlijke taak, over het meestal tijdelijk samenleven van jonge mensen. Dit laatste wordt dan volgens hem ‘niet een alternatief voor het huwelijk maar een alternatief voor de verloving’. Deze periode wordt dan niet als een openbare aangelegenheid aangezien maar als een private aangelegenheid die iedereen wel mag weten maar waaraan geen maatschappelijke konsekwenties zijn verbonden. In dit opzicht betekent het echt geen proefhuwelijk maar krijgt het de oude betekenis van het konkubinaat. Men woont samen en zo wordt ‘omdat men niet kan huwen’ dan ‘omdat men nog niet kan huwen’.’
In zijn besluit wijst de auteur op enkele implikaties voor het beleid. ‘Beleid’ zo zegt hij, ‘is meer dan een begeleiding van veranderingen. Beleid is een bewuste beïnvloeding van een sociaal proces of situatie’. Terecht