De wereld van Schreber
Tenslotte nog een korte beschouwing over een Nederlandse produktie, ook gespeeld in bovengenoemd Kultureel Centrum.
In het laatste hoofdstuk Heerschappij en paranoia van zijn boek Massa en Macht (Nederlandse vertaling, Amsterdam 1976) besteedt Canetti uitvoerig aandacht aan wat hij noemt: het geval Schreber. Deze Dresdense president van het gerechtshof publiceerde in 1903 zijn Memoires van een zenuwpatient. Schreber beschouwde zichzelf als de enige overgebleven echte mens en hij wilde een vrouw worden opdat er een bevruchting door goddelijke stralen zou volgen om nieuwe mensen voort te brengen. ‘Wat de wereld van hem denkt laat hem koud, zijn waan staat alleen tegenover de hele mensheid’ (Canetti).
De toneelgroep F-akt speelde een stuk over de waanwereld van deze Schreber (1842-1911) dat door Mia Meyer en Gerardjan Rijnders die ook de hoofdrol speelde, was geschreven. De regie was in handen van Paul Vermeulen Windsant. In korte scènes worden beelden getoond uit de jeugd onder strenge discipline van zijn vader, en uit het verdere leven van Daniel Paul Schreber. Hij kijkt tegen zijn eigen leven aan, beeld en verbeelding, droom en werkelijkheid, waan en luciditeit vloeien ineen. Binnen de kleine ruimte van de open vloer met summiere middelen in een strakke montage volgen de diverse episoden uit dit zonderlinge leven elkaar op. Het was helder gespeeld klinisch teater dat alleszins paste bij dit klinisch onderwerp.
Piet Simons.
Ann Petersen (Madame Snel) en Anton Peters (Falstaff) in ‘De Vrolijke Vrouwtjes van Windsor’ door K.V.S.-Brussel.