teur beter lukte dan bij de andere. Met name Edward Moones als notariszoon en Bruno Gits als veldwachter speelden in deze trant nog het meest konsekwent. Het geheel gaf een vervreemdend, komisch effekt. Bello, het bedrogen meisje (Tessy Moerenhout), had het heel wat moeilijker omdat haar desolate toestand toch te veel emoties oproept om die zo maar van zich weg te spelen.
Het eerste bedrijf in de herberg is een soort zangspel, voorloper van onze musical, maar geleidelijk komt de tragedie feller en schriller op gang met een melodramatisch hoogtepunt in de boshut. De fatale ontknoping speelt zich tenslotte af in de salon van de notaris.
De auteur merkt zelf op: ‘Ik ben gedwongen machtig veel ruwe kleuren te gebruiken’ en die kwamen in deze vertoning op een bijzondere wijze naar voren.
Piet Simons.