frans-vlaanderen
29e Frans-Vlaamse Kultuurdag te Waregem.
Voor de 29e Frans-Vlaamse Kultuurdag (19 september 1976) hebben de organisatoren een inspanning geleverd om het aantal sektievergaderingen niet verder te laten uitdeinen tot een voor de deelnemers onoverzichtelijk geheel. Toch waren er nog vijf in aantal. Die voor geschiedenis had haar hoofdschotel al de zaterdag tevoren geserveerd. In een colloquium over de betekenis van de Slag bij Kassel (1677), onmiddellijke aanleiding tot de aanhechting van de Frans-Vlaamse Westhoek bij Frankrijk, kwamen de professoren R. de Schrijver (Leuven), A. Van Hulzen (Utrecht) en L. Trénard (Rijsel) aan het woord. De Nederlander en de Vlaming situeerden het gebeuren in het geheel van de geschiedenis van de Nederlanden. De Frans-Vlaming onderzocht de veldslag zelf via de Franse geschiedschrijving. Zo eindigde hij bij de Kasselse historikus Desmyttere die in de negentiende eeuw met een boek La bataille du Val-de-Cassel de 1677, ses préludes et ses suites’ (1865) het dubbele eeuwfeest aankondigde. Precies waar voor ons nieuwe aspekten aan het licht konden komen (Hoe stonden de Frans-Vlamingen zelf tegenover het gebeuren en het eeuwfeest?) eindigde het colloquium. Maar de organiserende sektie had toch een en ander opgevangen door de uitgave van een brochure, waarin interessante uittreksels uit Desmytteres werk voorkwamen, alsook dokumenten in verband met de herdenking in de vorige eeuw (te verkrijgen bij R. Watthy, Dorp 70, 8178 Woumen).
In de sektievergaderingen van de zondagmorgen zitten al eens uitschieters die niet altijd gehonoreerd worden door een voldoende aantal belangstellenden, wat het geval was met de belangrijke uiteenzetting van Ir. St. Beernaert van de Westvlaamse Ekonomische Raad (W.E.R.) over de verontreiniging van IJzer en Leie aan weerszijden van de staatsgrens. Volksvertegenwoordiger Daniël Coens, voorzitter van de Kommissie Buitenlands Kultureel Beleid van de Nederlandse Kultuurraad, had het over buitenlands kultuurbeleid voor de samengevoegde sekties literatuur en onderwijs. Daar kwam een konkrete suggestie voor Frans-Vlaanderen uiteindelijk vanuit het aanwezige publiek, nl. bij monde van erevoorzitter André Demedts die voorstelde dat België en Nederland gezamenlijk zouden tussenkomen om in het arrondissement Duinkerke drie uur Nederlands per week ingeschakeld te krijgen in het lager onderwijs.
De sektie overheidspersonen, o.l.v. senator G. Mommerency, was er weer in geslaagd Frans-Vlaamse verantwoordelijken aan bod te laten komen en op de sektie geschiedenis sprak de historikus Dr. Johan Decavele over de Pacifikatie van Gent, betrokken op Frans-Vlaanderen.
De plenumvergadering o.l.v. senator Leo Vanackere lijdt traditiegetrouw wat onder de overdaad van wat we best plichtplegingen kunnen noemen, zoals het uitreiken van erepenningen. Minister Rika De Backers aanwezigheid, ondanks een druk politiek weekend, werd ongetwijfeld geapprecieerd, maar de Minister had niets nieuws te vertellen. De historikus Dr. Eric Defoort, tevens bibliotekaris van de Biblioteek De Franse Nederlanden, leidde een paneelgesprek over het Frans-Vlaamse regionalisme, waaraan Jacques Fermaut, Wido Bourel en Eric Vaneufville deelnamen. Het kan niet ontkend worden dat hij een aantal pertinente vragen opwierp (Hoe komt het dat Frans-Vlaanderen zo zelden genoemd wordt in de omvangrijke literatuur en persberichten over het regionalisme? Waarom kent het onderwijs van het Nederlands zo'n zwakke opgang? enz.) Maar Wido Bourel enerzijds, moderator Defoort en de overige paneelleden anderzijds waren niet op dezelfde golflengte afgestemd. Een van de paneelleden wou het gesprek langs ideologische paden klemrijden. Hij wist het goede publiek tot tweemaal kond te doen dat de Normandische beweging (sic) evenmin voldoende aandacht krijgt, maar dat de Frans-Vlamingen... De goede verstaander had het niet moelijk de Parijse oorsprong te herkennen of vast te stellen dat niet alles wat een Vlaams etiket draagt iets te maken heeft met Vlaamse Beweging of een Frans-Vlaams regionalisme.
Zo'n debat zou een tweede en betere beurt verdienen. Maar dan moet men de zekerheid hebben dat de woorden dezelfde betekenis hebben voor alle paneelleden. En dan mag de plenumvergadering gerust beperkt blijven daartoe.
Erik Vandewalle