nederlandse taal en kultuur in het buitenland
Operatie voorlichting buitenland.
In Ons Erfdeel 2/74 heeft prof. Krispyn uitvoerig bericht over twee Amerikaanse reeksen: de World Authors Series en de Library of Netherlandic Literature, allebei bij Twayne Publishers. Begin april 1976 kon prof. Krispyn schrijven dat alle titels die in zijn bijdrage genoemd werden intussen verschenen zijn. Het is al een niet onaardige lijst. Laatst bereikte ons uit de eerstgenoemreeks het boekdeel over Jacques Perk, door prof. René Breugelmans van de Universiteit van Calgary, Kanada. In de tweede, minder ‘geleerde’ reeks verschenen tot dusver zeven werken: Chapel Road van L.P. Boon, Modern Stories from Holland and Flanders, A Matter of Life and Death van A. Blaman, The Coming of Joachim Stiller van H. Lampo, The Deeps of Deliverance van F. van Eeden, Lament for Agnes van M. Gijsen, en Streuvels' Langs de Wegen, waarvan de Engelse titel me nog niet bekend is. In de toekomst zou het tempo van verschijnen zelfs nog opgedreven worden en zouden er per jaar vier nieuwe titels uitkomen. Het belang van de twee reeksen van Twayne voor de bekendmaking van onze literatuur in het buitenland kan nauwelijks overschat worden.
Een ander interessant bericht bereikt ons via Mundivox, het personeelsorgaan van Radio Nederland Wereldomroep. Daarin wordt gemeld dat er dient gezorgd voor het opleiden van nieuwe leraars Nederlands in Indonesië. Anders zal het daar spoedig niet meer mogelijk zijn in voldoende mate tegemoet te komen aan de wens en de behoefte Nederlands te leren. Volgens het bericht leeft die behoefte vooral bij studenten die het Nederlands als bronnentaal nodig hebben (bijv. Rechten, Nederlands, Geschiedenis). Opvallend is ook de wens van hun vrouwen die zich ook in onze taal willen bekwamen.
De Nederlandse ambassade zou bezig zijn met het Ministerie van Onderwijs in Indonesië een nieuw projekt van samenwerking op te stellen. Dit zal hopelijk leiden tot het oprichten van een Nederlands Taalinstituut, waarvoor een volwaardige taak zou weggelegd zijn. Intussen meldt Mundivox dat de radiokursus Nederlands van de Wereldomroep in Indonesië bijzonder populair is en dat een herhaling ervan zich opdringt.
Ook in Zuid-Afrika is er bedrijvigheid in verband met publikaties over onze taal en letterkunde te signaleren. Politieke en ideologische meningsverschillen en het vergroten van de afstand tussen Afrikaners en Nederlanders brengen mee dat Zuid-Afrika voor ons meer en meer echt buitenland wordt. De wederzijdse bevruchting van de twee literaturen is niet bijster belangrijk, al boren de Afrikaners meer Nederlandse bronnen aan dan omgekeerd. Wie weet welke belemmeringen er nog altijd bestaan tussen de twee (belendende) boekenmarkten van Nederland en Vlaanderen, zal niet verwonderd zijn over de kwasi totale afwezigheid van Afrikaanse boeken hier, en Nederlandse boeken ginds.
Daarom is het eigenlijk niet zo gek dat de Zuidafrikaanse uitgeverij H. & R.-Academica een aparte reeks Literatuur van die Lae Lande publiceert. (Eerst heette de reeks: Prosa van die Lae Lande). In 1976 verscheen daarin Gorters Mei, nadat vroeger Van Schendel, Elsschot, Bordewijk en Van Maanen aan de beurt kwamen, terwijl Top Naeff, Marnix Gijsen, Couperus en opnieuw Van Schendel nog zullen volgen.
Deze Mei van Gorter werd door Ernst van Heerden eenvoudig en helder ingeleid ‘vir veral junior studente... die verwagting is dat die geopperde aspekte die student tot kritiese oorweging en veral meer uitgebreide studie sal aanspoor’. Er is een beknopte bibliografie en een twintigtal pagina's annotaties opgenomen. Duidelijk een studieboek dus, maar een studieboek dat ons een wonderlijk gevoel kan geven: via een uitgave aan de Kaap onverwachts weer tot het lezen van het meesterwerk van Tachtig gebracht te worden.
Nog wonderlijker was het vast te stellen dat een nieuw Blokboek gewijd werd aan de Vlaamse Beweging. Die Blokboeken verschijnen bij dezelfde uitgever en willen ‘die student help om bepaalde kunswerke of aspekte van die letterkunde onder die leiding van 'n vakman intensief te bestudeer’. In de fondslijst vinden we dan ook heel wat belangrijke Afrikaanse auteurs en literaire werken terug. Eén Blokboek behandelde ‘Die Afrikaanse bewegings’ (door J.C. Kannemeyer) en Die Vlaamse Beweging van W.F. Jonckheere sluit daar het dichtst bij aan. Het is duidelijk dat de auteur, die maar over 30 pagina's kon beschikken, sterk heeft moeten vereenvoudigen. Als eerste kennismaking is het boekje niettemin aan te bevelen.
Op een geheel eigen manier heeft ook Jan Schepens het buitenland afgespeurd en in een privé uitgave een zonderling boekje de wereld ingestuurd: Het Buitenland over Benelux - I (april 1976). Ik kan het niet beter voorstellen dan de auteur dat zelf doet in zijn tweetalige, uitermate beknopte inleiding: ‘Wat weet, wat zegt ‘het buitenland’