De Hollanders komen ons vermoorden.
In 1975 ontving Albert Alberts de Constantijn Huygensprijs voor zijn het jaar voordien verschenen korte roman De Vergaderzaal. Dit verhaal is gebaseerd op de werkelijkheid zoals die werd beleefd door de ambtenaar Alberts in zijn funktie van direktiesekretaris. Door de toekenning van deze prijs werd eindelijk ook de auteur bekroond van het in 1953 verschenen meesterwerk De Eilanden, een verhalenbundel die aanvankelijk nauwelijks werd opgemerkt, maar ondertussen vele keren met groot sukses werd herdukt. Alberts behoort als prozaïst thuis in de sfeer van Elsschot en Carmiggelt. Zonder een populaire schrijver te zijn, is hij in Nederland toch in brede kring een begrip geworden voor een auteur die zijn lezers door een eigenzinnige, relativerende en sobere schrijfstijl direkt bij het gebeurde betrekt. Bij Alberts treft men geen grote woorden aan, geen nutteloze patos. Zijn proza loopt als een verfrissing doorheen het dorre landschap van veelschrijvende prozateurs die jaarlijks een roman of wat-er-op-lijkt afscheiden.
Vanuit mijn speciale bewondering voor de literator Alberts, ben ik enorm nieuwsgierig aan het lezen gegaan van de historikus Alberts zijn De Hollanders komen ons vermoorden. De scheiding tussen Noord- en Zuid-Nederland. 1585-1648.
Centraal tema van het boek van Alberts is de verhouding tussen de volgzame Zuidelijke provincies en de opstandige Noordelijke in de jaren tussen het beleg van Antwerpen in 1585 en het einde van de oorlog in 1648. Wie vertrouwd is met zijn vaderlandse geschiedenis kent het tragisch verloop van deze jaren en de diepe verscheurdheid die onze gewesten toen voor vele eeuwen, tot op vandaag de dag, heeft getekend. De lakonieke en ironiserende prozaïst Alberts wordt door de historikus niet verraden. Hij brengt de diplomaten, de legeroverheid, de klerus en de gewone mensen van die tijd dichter bij de lezer; hij roept deze wereld op door een manier van schrijven die ontdaan is van het jargon dat zoveel historische werken onleesbaar maakt. Verveling en geleerddoenerij zijn dit boek volkomen vreemd.
Opvallend is ook dat het boek niet is voorzien van de gebruikelijke voetnotenapparatuur. De auteur groepeert summier achteraan in het boek de archivalia en de geraadpleegde literatuur; misschien hier en daar zelfs te beknopt voor wie op een bepaalde bladzijde wil weten wát nu precies wáár te vinden is.
Aangezien ik geen historikus ben, wil ik mij onthouden van iedere poging om dit werk op dat vlak te evalueren. Een paar zaken had ik als lezer anders gewenst, zo bijvoorbeeld de verwarrende schrijfwijze van de plaatsnamen. Waarom Dixmuiden, Duinkerken, Land van Waes in plaats van Diksmuide, Duinkerke, Land van Waas? Een goede kaart van onze gewesten in die tijd zou verder ook zeer bruikbaar zijn geweest.
Dit zijn echter onbelangrijke aanmerkingen op een boek dat mij zowel om literaire als om historische redenen zeer heeft geboeid.
Ter informatie wil ik nog meedelen dat Alberts ook de auteur is van een ander historisch werk De Huzaren van Castricum. Een geschiedenis van de Nederlandse Republiek van 1780 tot 1800, verschenen in 1973.
Jozef Deleu
De Hollanders komen ons vermoorden De scheiding tussen Noord- en Zuid-Nederland 1585-1648 door Albert Alberts, Uitgeverij Em. Querido, Amsterdam, 1975, 148 blz gebonden, f 37,50.