boorte van Kilo in De sirkelbewoners. Daar is hij - volgens eigen zeggen - niet in geslaagd. Het zijn zeven volwaardige delen geworden, waarin de ritmische afwisseling der drie tema's wel voldoende variatie en kontrasten parallelwerking vertoont, om er aandacht aan te schenken. Eén zaak valt dadelijk op: de relaties moet de lezer zelf leggen, hij moet de leegte van Lokien, Kilo en Amsterdam zelf invullen. Het motto van het boek luidt dan ook: ‘Die het spel niet en kan / die en speel het niet’. De auteur dwingt de lezer tot een uiterst aktieve participatie aan het werkstuk, doordat hij zelf de relaties tussen de drie tema's niet of slechts zeer verborgen aanduidt. Het is niet zo dat de Amsterdamse dokumenten struktureel ingepast zitten in de Lokien-gedeeltes of dat de evolutie van het psychoon tot Kilo zou gesitueerd worden in Lokiens brein. Neen, het is de auteur zelf die auktorieel de drie tema's ontwikkelt, de stukken rangschikt, de kaarten schudt. Wat nu de evolutielijn betreft: als we de historische Amsterdam-dokumenten (+ toekomstprojekties) door I aanduiden, de Lokien-passages door II en de psychoonevolutie door III, krijgen we de volgende variatie en progressie.
Deel 1: 9× I, 8× II en 4× III; |
Deel 2: 10× I, 3× II en 3× III; |
Deel 3: 7× I, 7× II en 3× III; |
Deel 4: geheel II/I (+ 4× I apart); |
Deel 5: geheel II/I (+ 12× I apart); |
Deel 6: 13× I, 2× II en 1× III; |
Deel 7: 4× II/III en 4× III apart. |
Kijkende naar dit schema zie je de dubbele evolutie, het dubbele zelfverlies van Lokien. In de eerste drie delen worden de drie tema's parallel aangeslagen en apart ontwikkeld. De lezer heeft er nog het raden naar op welke wijze de drie tema's naar elkaar zullen groeien en in elkaar zullen vloeien. Die parallellie wordt geheel doorbroken in delen 4 en 5, die overigens het midden van het boek uitmaken. Daar maken we het mee hoe de Lokien-passages in het teken staan van het opzoeken van historische Amsterdam-dokumenten. Lokien bestaat niet langer als het individu Lokien, maar wordt meer en meer opgenomen in een historisch-politiek bewustzijn, dat zich aanvankelijk nog binnen in hem bevindt maar zich later als een zelfstandige geest buiten zijn bewustzijn zal ontwikkelen, gehoorzamend aan een eigen wetmatigheid. In de laatste twee delen ten slotte grijpt een tweede zelfverlies of mutatie plaats. Het psychoon, dat in zijn geestelijke bewegingsvrijheid en mutatiekapaciteit een vrije en hoog ontwikkelde toekomst vertegenwoordigt, treedt eerst als gastbewustzijn van Lokien op, waardoor Lokien zijn eigen identiteit dreigt te verliezen, maar wordt uiteindelijk zelfs geboren als een aparte geestelijke entiteit, een vingerwijzing voor de toekomst. Syntetisch bekeken komt het hierop neer: nadat Lokien zichzelf verloor in de pijnlijkste en bestiaalste dokumenten uit het menselijke verleden, wordt hij later ‘bezocht’ door een ludisch en kreatief bewustzijn, dat naar een geestelijk bevrijde toekomst verwijst. Tussen verleden en toekomst vormt Lokien dan ook een onmisbare schakel. Hij maakt de mutatie mogelijk tussen Amsterdams historisch verleden en Kilo's futuristische hoop, die mede de hoop is van Sybren Polet.
Door schitterende stijlbeheersing weet Sybren Polet de drie aanvankelijk los van elkaar staande tema's te eksposeren. Hij hanteert met evenveel meesterschap de introspektieve stijl van de Lokienbekentenissen en de keiharde aanpak van de Amsterdamdokumenten als de meta-taal waarmee hij de geboorte van een geest oproept. Een hele literatuurgeschiedenis van onze tijd zit in dit boek, dit totaalproza, samengekoekt. Als uiteindelijk de drie tema's samenvloeien, hoor je de muziek van een boek, dat niet alleen een ‘gouden eeuw’ ontmaskert, maar ook een toekomstvisie ontplooit, die de hoop inhoudt op een nieuwe ordening van onze ontwrichte konstellatie.
Kilo is de profeet van een nieuwe tijd, zoals Ranko in Hamelinks Ranonkel (1969). Hoewel de drie projekten ogenschijnlijk apart ontwikkeld worden, zijn er voor de aandachtige lezer toch snel verbanden duidelijk. In een gesprek zegt Lokien: ‘Maar ik kan me voorstellen dat er zo'n historiese geest is, stel je het even voor, letterlijk, een aantal van die geesten, je zou ze ook psychonen kunnen noemen, psychiese deeltjes, neutraal geladen, die zich chronologies of zelfs a-chronologies door de tijd bewegen’. Het is overigens in Lokien dat er zich een vrije en ludische geest ontwikkelt, die tot uiting komt in de toekomstverbeeldingen die in de Amsterdamse dokumenten binnensluipen, speciaal in het korte en centrale deel 4. Door een uiterste beheersing van het bewustzijn worden allerlei ludische relaties tussen mensen mogelijk, zoals in Hugo Raes' Reizigers in de antitijd (1970). Zo kunnen diepgaande kontakten gelegd worden door het openen van het ‘bewustzijnsschild’ en kunnen seksuele relaties uitmuntend worden uitgebouwd door lichamelijke mutaties die volkomen door het bewustzijn bevolen worden. De mensen kunnen samen ook ‘scheppingssessies’ houden, waarbij ze ideeën en zelfs figuren kunnen afzonderen uit hun brein en die